Taalvaardigheid Poster 1 t/m 4 Flashcards
De grondstof
Het materiaal waarvan je nieuwe spullen kunt maken.
het reliëf
het uitsteken boven iets anders, het niet vlak zijn.
prioriteit
voorang
Iets intrekken
Een afspraak veranderen omdat je er nu anders om denkt.
het detail
Klein onderdeel van een geheel.
Willekeurig
Zomaar gekozen
Bar
Heel erg of heel slecht.
radicaal
grondig en totaal
onderscheppen
te pakken krijgen
misbruik
het verkeerde, het slechte gebruik van iets.
De misstand
De situatie die niet goed is, wantoestand
De chaos
een rommel
Het werktuig
stuk gereedschap, machine
rechtvaardigen
Laten zien dat iets goed is gegaan, goedpraten
De verhouding
de relatie of vriendschapsband tussen mensen
het moreel
de instelling, de mentaliteit in moeilijke situaties.
Bijtijds
net op tijd
Kampen met
last hebben van
De media
alle middelen om informatie door te geven.
getuigen
vertellen wat je hebt gezien
De laster
onvriendelijke en niet bewezen dingen over iemand rondvertellen en opschrijven.
De muiterij
De opstand op een schip en van soldaten
vervolgen
achtervolgen om te berechten
viaduct
een weg over een andere weg of dal
De consument
iemand die iets koopt of gebruikt
Uitwijken naar
naar een andere plek gaan
Inzetten
In actie laten komen.
Mobiel
verplaatsbaar
Beleggen
Organiseren
Het parlement
(het gebouw van de) volksvertegenwoordiging.
Ondermijnen
Iemands positie verzwakken.
Aftreden
een belangrijke baan opgeven
De kloof
Ver uit elkaar gaan
De revolutie
een grote verandering, vaak door een opstand
Subjectief
uitgaan van je mening, niet van de feiten.
Transporteren
vervoeren
Het genotmiddel
Iets wat je voor je plezier gebruikt.
Perplex
Stomverbaasd
Blootleggen
Openleggen, duidelijk laten zien.
Propaganda
wat je doet om aanhangers te vinden