Strategie Week 2 Flashcards
(Hoofdstuk 4) Het aanbieden van veel producten aan veel verschillende klantengroepen kan zorgen voor 6 problemen, welke?
Minder schaalvoordelen, langzamer organisationeel leren, onduidelijke brandimage, onduidelijke corporate image, veel organisaties complexiteit, beperkte flexibiliteit.
(Hoofdstuk 4)
1. minder schaalvoordelen
2. langzamer organisationeel leren
3. onduidelijke brand image
4. onduidelijke corporate image
5. veel organisaties complexiteit
6. beperkte flexibiliteit
- hoe minder specialisatie, hoe moeilijker het is om de sc effectief te maken
- als je je op meer verschillende gebieden focust is het lastig je te specialiseren
- hoe minder specifiek je doel-en productgroepen zijn, hoe lastiger het is om een duidelijk merk te vestigen.
- Een gebrek aan een duidelijk extern beeld wordt meestal verergerd door een gebrek aan interne identiteit. Een bedrijf met veel verschillende activiteiten heeft moeite met het uitleggen waarom haar werknemers werken bij het desbetreffende bedrijf.
- door veel verschillende producten aan verschillende klanten aan te bieden wordt het bedrijf steeds complexer door een groeiend aantal afdelingen
- meer operationele activiteiten zorgen ervoor dat veranderingen minder makkelijk doorgevoerd kunnen worden
(Hoofdstuk 4) supply side similarity
op basis van gelijkheid productgroepen. elektronica branche wanneer je elektronische producten hebt.
Demand side similarity
markt bestaat uit kopers die veel dezelfde producten kopen. Segmenteren op early adopters: die eerder de nieuwste tech zullen kopen.
(Hoofdstuk 4) business
een concurrentiegebied waar bedrijven gelijksoortige producten en diensten aanbieden.
(Hoofdstuk 4) focussen op twee manieren
issue of corporate configuration of positionering
(Hoofdstuk 4) issue of corporate configuration
een beperkt aantal businesses selecteren. hulp van vijfkrachtenmodel porter
(Hoofdstuk 4) positionering
binnen de niche moet nog gekeken worden welke activiteiten wel of niet zinvol zijn. moet aansluiten met producten, waardeketen en resourcebase.
(Hoofdstuk 4) twee mogelijke manieren om marktsegmenten en productaanbod te matchen
positionering binnen een business: positionering gaat over met welk producten je zal concurreren en op welke manier.
Probleem van competitive score: je moet beslissen in welke marktcombinaties je als bedrijf actief wilt zijn.
(Hoofdstuk 4) 4 verschillende focussen
Niche, brede scope, segmentfocus, productfocus
(Hoofdstuk 4) nichefocus, brede scope, segmentfocus, productfocus
- een soort product aanbieden op beperkte locaties zoals Uber
- veel verschillende producten aanbieden op verschillende plaatsen zoals Philips
- segment focus: meerde producten aan één segment. Go pro die is gericht op extreme sporters.
- je levert één product aan veel markten zoals apples iphone
(Hoofdstuk 4) 7 dimensies aan competitieve voordeel
prijs
kenmerken
bundelen
kwaliteit
beschikbaarheid
imago
relaties
(Hoofdstuk 4) treacy en wiersema 3 generieke competitieve voordelen.
- Operationele excellence: betrouwbare goedkope producten aanbieden. Hier ligt de focus op het zo efficiënt produceren om kosten zo laag mogelijk te houden
- Product leadership: bijzondere kenmerken en vooruitstrevende productprestaties voor de klanten realiseren
- customer intimacy: je biedt op maat gemaakte oplossingen voor de klant, waarbij nadruk op service ligt.
(Hoofdstuk 4) Waarde keten brengt strategische activiteiten met elkaar in verbinding. Wat zijn de 5 primaire services
- ingaande logistiek: een interne activiteit met betrekking tot het ontvangen, distribueren en opslaan van grondstoffen
- operaties: het omzetten van grondstoffen naar een eindproduct, zoals assemblage maar ook verpakking en testen van producten
- uitgaande logistiek. De distributie van het eindproduct naar de klant zoals orderverwerking, transport en opslag.
- marketing en sales: alle activiteiten die te maken hebben met verkoop van product zoals communicatie en promotie
- service: de activiteiten na de verkoop aan klanten, zoals installatie, onderhoud en feedback
(Hoofdstuk 4) 4 support activiteiten
- inkoop: inkopen van grondstoffen en de activiteiten voor het bedienen van de klant, zoals het vinden van leveranciers en het onderhandelen van contracten.
- technologieontwikkelingen: alle activiteiten die in het teken staan van technologische vooruitgang zoals investeringen en R&D
- hrm: het managen van het personeel, aannemen, selectie, werving, beloning, behoud personeel
- infrastructuur: activiteiten als management, financieel beheer, boekhouding en kwaliteitsmanagement.
(Hoofdstuk 4) resource base
bevat alle middelen in de organisatie om waarde te kunnen toevoegen. resources = assets.
(Hoofdstuk 4) tastbare en ontastbare resources
tastbare: hardware letterlijk aanraken zoals gebouwen materiaal machines
ontastbare: software, dus niet aanraken, consultancy bedrijven en de vu bedrijf met kennis
(Hoofdstuk 4) ontastbare resources:::: rationele resources & competentie
rationele resources: zijn afkomstig uit interactie tussen organisatie en haar omgeving zoals brand image
competentie: de mate waarin een organisatie beschikt over kennis, capabilities en attitudes.
(Hoofdstuk 4) competentie 3
kennis: informatie presenteren
capabilities: effectief uitvoeren activiteit
attitudes: heersende mindset binnen de organisatie
(Hoofdstuk 4) duurzame concurrentievoordelen
zijn voordelen die andere niet kunnen kopiëren, vervangen of beschadigen.
(Hoofdstuk 4) duurzame concurrentievoordelen afhankelijk van
- competitieve verdedigbaarheid: de mate waarin een organisatie het moeilijker maakt om te kopieren vervangen beschadigen. bv door snellere resources, waardeketen en producten te vernieuwen dan concu (outpacing genoemd)
- harmonie met omgeving: bedrijf moet altijd inspelen op de veranderende omgeving een bedrijf moet anticiperen op veranderende wensen van de klant, nieuwe wet-en regelgeving, en economische gebeurtenissen.