Standaardzinnen 6 Flashcards
1
Q
Het is de moeite waard
A
Es lohnt sich
2
Q
Het eindexamen
A
Das Abitur
3
Q
Ik ben van plan (om) …
A
Ich habe vor, / habe die Absicht …
4
Q
Zou het mogelijk zijn (om) …
A
Wäre es möglich, …
5
Q
Ik had graag …
A
Ich hätte gern …
6
Q
Bij voorbaat veel dank
A
Vielen Dank im voraus
7
Q
(tijd) doorbrengen
A
(Zeit) verbringen
8
Q
Ik zit op het VWO
A
Ich gehe ins Gymnasium
9
Q
Ik zit op de Havo
A
Ich gehe in die Realschule
10
Q
Het gaat om …
A
Es handelt sich um …