Speekselklierpathologie Flashcards
Beschrijf de twee delen van de parotisklier.
- Oppervlakkige kwab: bevat de ductus parotideus met erin de nervus facialis
- Diepe kwab: tegen oropharynx aan
Welk volumetrisch aandeel heeft de parotisklier?
25%.
Welke bloedvaten lopen door de parotisklier?
De v. retromandibularis en de a. carotis externa.
Welke tak van de n. facialis is belangrijk bij pathologie van de parotisklier?
De ramus colli.
Wat moet men actief bevragen indien men de werking van de n. facialis wilt nagaan bij pathologie van de parotisklier?
Men moet de patiënt vragen om actief de mond open te doen.
Juist of fout?
Elke opzetting van de parotisklier is een gezwel.
Fout, er zitten talrijke lymfonodi tussen het klierweefsel die opgezet kunnen zijn.
Welk volumetrisch aandeel heeft de submandibulaire klier?
70%.
Juist of fout?
De oppervlakkige kwab van de submandibulaire klier komt met de leeftijd lager te liggen.
Juist.
Welke kwab van de submandibulaire klier bevat de ductus?
De diepe kwab.
Hoe loopt de submandibulaire klier naar de mondholte?
Ze draait over de m. mylohyoïdeus.
Wat zijn belangrijke zenuwen i.v.m. pathologie van de submandibulaire klier?
Ramus colli, r. mandibularis, n. lingualis en n. hypoglossus.
Juist of fout?
De submandibulaire klier heeft in vergelijking met de andere klieren een lagere viscositeit.
Fout, ze heeft een hogere viscositeit.
Wat is het volumetrisch aandeel van de sublinguale klier?
4%.
Waar ligt de sublinguale klier?
Op de m. mylohyoïdeus.
Wat is het verschil in functie van de kleine en de grote speekselklieren?
De kleine speekselklieren zorgen vooral voor lubrificatie terwijl de grote speekselklieren vooral voor vertering van voedsel zorgen.