Sociale psychologie H11 Flashcards
1
Q
Pro-sociaalgedrag
A
gedrag en acties die door samenleving positief worden gewaardeerd en op manier positieve gevolgen hebben voor lichamelijke/psyche welzijn. (vrijwillig)
2
Q
egoïstisch motief
A
helpen om er zelf beter van te worden
- nature : samen sterker
- nurture : warm glow
3
Q
altruïstisch motief
A
geen eigen gewin, alleen welzijn van de ander
4
Q
omstander effect
A
Meer omstanders hoe kleiner kans op hulp (onderzoek meer nuance)
5
Q
Noodsituatie poortwachter
A
- Noodsituatie opmerken (afleiding,haast)
- Situatie interpreteren (dubbelzinnigheid, meervoudige onwetendheid)
- Nemen van verantwoordelijkheid (gespreide verantwoordelijkheid)
- Besluiten welke hulp nodig is (kosten/baten, audience inhibition/schaamte)
- Hulp verlenen
6
Q
Invloed stemming op hulpgedrag
A
- eerder helpen wanneer goede stemming
- maar wel slechter opgemerkt (te positief)