Rund termen Flashcards
liervormig
hoornen die iets naar achter afbuigen
zijdelings gebogen
hoornen die te veel opzij staan
stoothoornen
hoornen die te veel naar boven en naar voor zijn gericth
slofhoornen
hoornen die teveel naar beneden zijn gericht
thoraco-cervicale bult
een sterk verhoode schoft bij zebu’s en zebu-kruisingen
karkaskwaliteit
wordt bepaald door de volvlezigheid en de magerheid
gespleten schoft/melksleuf
te weinig spieren op de schoft, vaak voorkomend bij melktypes
friese knoop
de spinaaluitsteeksels van enkel ruggenwervels zijn langer dan de omgevende zodat er een lokaal bultje verschijnt
bovenste melkkuiltjes/melknapjes
de spinaaluitsteeksels van de ruggenwervels staan iets wijder uit elkaar en door de geringe bespiering buigt de rughuid tussen de uitsteeksels iets naar beneden
zadelrug
een doorgezakte rug
karperrug
een verhoging van de achterzijde van de rug. Bij dikbillen eigen aan het type en bij melkkoeien duidt het op slijtage
dorstdiepte
de afstand tussen het hoogste punt vna de schoft en het laagste punt van het borstbeen, gemeten juist achter de elleboog
heupigheid
als de heupbeenuitsteeksels sterk uitsteken
pistoolsnede
het karkasgedeelte waar men het beste en ook het meeste vlees aantreft, bestaand uit de rug, lenden, dijen, billen en kruis.
doosuier
zeer lang en breed. Hij puilt uit achter de achterbenen
kogeluier
minder lang en een bolle vorm