religie Flashcards
religie volgens durkheim
onderlinge verbondenheid
organische solidariteit
onderlinge afhankelijkheid (tegenwoordig)
mechanische solidariteit
gelijkheid in normen en waarden
sociolect
taalvariant die word gebruikt in een bepaald sociaal milieu
- plaats en sociale positie heeft invloed op taalgebruik
rituelen
Rite de passage: overgangsritueel
- geeft iemand nieuwe status in samenleving
- iets in leven veranderd, begint of eindigt
- kan mensen helpen om te gaan met veranderingen
ceremonien
markeren dagen, seizoenen, overgang ene levensfase in de ander, grote
gebeurtenissen van het samenleven etc.
wat doet religie
brengt orde aan leven van mensen en geschiedenis van hun samenleving
- versterkt onderlinge verbondenheid en solidariteit, zolang gelovigen het eens zijn
kenmerken geschreven religie
- heilig boek, minimale kennis vereist
- geschreven en dus te verspreiden
- mensen kunnen worden bekeerd
- over de hele wereld bij mensen met diverse levens
- kan dogmatisch zijn (strenge regels over wat je wel en niet mag doen)
kenmerken orale religie
- lokaal gebonden
- goden vaak geassocieerd aan plekken of dingen
- ingebed in sociale leven
- vaak niet dogmatisch (geen strenge regels over normen en waarden)
monotheïsme
geloven in 1 God
polytheïsme
geloven in meerdere goden
pantheïsme
alles en iedereen is goddelijk
non-theisme
God staat niet centraal (manier van leven)
religie
brengt orde aan in het leven van mensen en in de geschiedenis van hun samenleving. Godsdienst geeft betekenis en samenhang aan onbegrijpelijke gebeurtenissen en kan troost bieden bij tegenslagen