Regulatie Flashcards

You may prefer our related Brainscape-certified flashcards:
1
Q

Hoe ontstaat het Fragile X syndroom?

A

Het FMRP eiwit speelt een belangrijke rol in de formatie en regulatie van synapsen. Bij dit syndroom is er een tekort van dit eiwit, omdat slechts een deel van het FMR1 gen wordt afgelezen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de functie van matrix metalloproteinases (MMPs)?

A

MMPs zorgen voor de afbraak van de extracellulaire matrix eiwitten via proteolyse (zoals collageen).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat kan er gebeuren als een eiwit wordt gefosforyleerd?

A

De conformatie van het eiwit kan veranderen of fosforylering maakt het mogelijk om twee eiwitten aan elkaar te kunnen binden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Eiwitten kunnen met elkaar binden via het SH2 domein van het ene eiwit en het tyrosine domein van het andere eiwit. Hoe kan dit?

A

Het tyrosine domein wordt gefosforyleerd door kinase. De fosforylering maakt het mogelijk voor het SH2 domein om met het tyrosine domein te binden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Inductie

A

Interactie op korte afstand tussen twee of meer cellen/weefsels met verschillende eigenschappen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Inducer

A

De cel/weefsel die het signaal uitzend waardoor het gedrag van een andere cel veranderd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Responder

A

De cel die het signaal ontvangt en veranderd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Competentie

A

De cel heeft het vermogen om het signaal om te zetten in actie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Oogbeker vs ooglens. Wat is de inducer en wat is de responder?

A

Oogbeker: inducer
Ooglens: responder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Mesenchym vs epitheel. Wat is de inducer en wat is de responder?

A

Mesenchym: inducer
Epitheel: responder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Er bestaan 4 verschillende families paracriene factoren. Welke?

A

FGF: fibroblast growth factors
Hedgehog (SHH)
WNT
TGF: transforming growth factors

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe werkt FGF en wat is de voornaamste functie?

A

FGF bindt aan receptor, waardoor tyrosine kinase geactiveerd worden en een signaalcascade intracellulair starten. Ze zijn verantwoordelijk voor angiogenese, axon uitgroei en mesoderm differentiatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de functie van SHH?

A

Patroonvorming in ledemaatknoppen en inductie en patroonvorming neurale buis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de functie van Wnt eiwitten?

A

Ontwikkeling van de hersenen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de functie van TGFb?

A

Botvorming, links-rechts asymmetrie en afbraak eileiders in de man.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat kan een mutatie in FGF veroorzaken?

A

Een mutatie in het FGFR3 gen veroorzaakt botafwijkingen en daarmee veroorzaakt het dwerggroei.

17
Q

Wat kan te veel of te weinig SHH signalering veroorzaken?

A

Te veel SHH kan ervoor zorgen dat je te veel ledematen ontwikkelt (polydactylie). Te weinig SHH zorgt voor holoprosencefalie, waarbij gelaatstrekken veranderen.

18
Q

Wat kan een mutatie in Wnt veroorzaken?

A

Hypotrichose; geheel ontbrekende of geringe haargroei.

19
Q

Wat kan een missense mutatie in TGF veroorzaken?

A

Brachydactylie; korte vingers.