radiotherapie p2 Flashcards

1
Q

wat is het doel van lokalisatie?

A

het doel van ct lokalisatie is kijken naar de inwendige en de uitwendige anatomie ten opzichte van een tumor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

systemische fouten bij prostaat

A
  1. set up error
  2. organ motion –> vulling blaas en darm van de ct scan vs de bestraling
  3. delineation error –> intekenfouten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

oplossingen systemische fouten (in pre-treatment fase)

A
  • elkaar controleren
  • gebruik van CT protocollen
  • instructie blaas en darm vulling
  • te veel lucht/feaces in het rectum op de ct, naat toilet en scan opnieuw
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

oplossingen systemische fouten (niet in-room)

A
  • inteken protocollen
  • scholing & training
  • gebruik meer imaging modaliteiten (MRI voor intekenen & CT voor dosis en absorptie van prostaat)
  • gebruik van goudmarkers
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

random fouten bij prostaat

A
  1. set up error op toetsel
  2. organ motion
    - interfractie variatie ; verschil in ligging van het orgaan tussen 2 fracties
    - intrafractie variatie ; verschil in ligging van het orgaan tijdens de fractie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is epi?

A

Electronical Portal Image, hier gebruik je een stukje van de mega volt bundel en die vangt op na door de patiënt te zijn gegaan op de mv image detector, deze vergelijk je in 2D vlak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat zijn enkele match methodes?

A
  • bot –> kijken of PTV binnen doelgebied valt
  • grey value –> daadwerkelijk op orgaan matchen, het algoritme ziet niet altijd het verschil
  • seed match –> goudmarkers match
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is de clipbox?

A

in de clipbox moeten structuren bevatten die relevant zijn voor de positie van het doelgebied
* bij bekken –> os sacrum, os pubis, acetabulum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

de benodigde marge tussen CTV & PTV hangt af van ;

A
  • de nauwkeurigheid van alle systemische fouten
  • de grootte van alle random fouten in de hele keten
  • hoe de in room positieverificatie wordt gedaan
  • hoe er gecorrigeerd wordt voor gevonden verschillen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

risicofactoren van een prostaatcarcinoom

A
  • toenemende leeftijd

* eerstegraadsfamilie met pc

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

klachten & verschijnselen prostaatcarcinoom

A
  1. ten gevolge van vernauwing en doorgroei urethra prostaat
    * slappe straal
    * nadruppelen
    * kleine beetjes plassen
    * nycturie
    * pijnloze hematurie –> bloedplassen
  2. ten gevolge van metastasen
    * pijn in de onderrug en het bekken (botmeta’s)
    * neurogene pijn (ingroei in de plexus lumbosacralis)
    * pareseverschijnselen (myleumcompressie door wervelmeta’s)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

onderzoek prostaatcarcinoom

A
  • rectaal toucher
  • bloedonderzoek, Prostaat Specifiek Antigeen
  • transrectale punctiebiopsie
  • CT scan
  • botscan
  • echo nieren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat is gleason score?

A

Met de Gleason-score geven artsen aan hoe agressief de prostaatkanker is. Deze score is een getal tussen 6 en 10. Hoe minder de kankercellen lijken op normaal weefsel van de prostaat, hoe kwaadaardiger de tumor. En hoe hoger dit getal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly