Psychologische stoornissen Flashcards

1
Q

3 aspecten voor abnormaal gedrag

A
  1. Distress
  2. Dysfunctional
  3. culturally deviant ( afwijkend van de norm)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Betekenis Global Assessment of Functioning (GAF)

A

Maat voor de vaardigheid voor zich zelf te zorgen.

hoger = beter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat kan uit een lage niveau GABA resulteren?

A

Hoge gevoeligkeit - snel angstig

-> angststoornissen kunnen erfelijk zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Freud: uitleg neurotic anxiety

A

sterke onbewuste drijven winnen tegen verdedingsmechanismen van ego -> persoon raakt in paniek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Relatie tussen angst en lichamlijke reactie (Clark)

A

lichamelijke reacite -> omgezet van hersenen -> angst

-> versterken lichamelijke reactie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

3 soorten phobias

A
  1. agoraphobia: angst voor openbaare ruimte waar het moeilijk is te ontkomen
  2. social phobias: angst voor situaties met evaluering van anderen (mogelijk negatief)
  3. specifieke phobias: angst voor bepaalde dingen - spinnen, honden etc
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Generalized anxiety disorder

A

kronische, langdurende angst die niet an iets specifiek is gerelateert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

panic disorder

A

abrupt en zonder voorspelling, heel intensief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Uitleg: obsessive compulsive disorder

A

2 componenten:

  1. obsessions: herhaalende, ungecontroleerde negatieve gedachten, beelden of impulse
  2. compulsion: gevolg van obsessions, herhaalde gedragingen die zeer zwaar kunnen worden gestopt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

uitleg : post traumatic stress disorder (PTSD)

4 symptomen

A

gevolg van traumatische ervaring

symptomen:

  1. nieuwe angst, distress, opwinding
  2. flashbacks van trauma
  3. persoon ongevoelig en ontwijkt stimulus die an trauma herinneren
  4. “survivor guilt”
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Symptomen depressie

emotioneel/motivationeel/cognitief/somatic

A

emotioneel: rouw, hopelosheid, angst, geen bespeuren van plezier
motivationeel: geen motivatie, geen drijven, moeite iets te starten
cognitief: negative gedachten over zichzelf, de wereld en de toekomst
somatic: geen honger, geen energie, slaapproblemen, afvallen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

3 soorten depressie

A
  1. major depressie - unipolair
  2. dysthymia: minder intensief, maar kronischer - unipolair
  3. manische depressie - bipolair disorder
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Denkwijze depressie

3 aspecten

A
  1. depressive cognitive triad: egatieve gedachten over de wereld, zichzelf en de toekomst
  2. depressive attributional pattern: negatief gebeurtenis als gevolg van persoonlijke failen, positief gebeurtenis als gevolg van externe invloeden
  3. learned helplesness theory: slechte dinge gaan gebeuren, onvermogen voor te komen of te verwerken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly