PsD in de praktijk: Clusteren & Classificeren: KOP-model Flashcards

1
Q

Noodzaak van clusteren & classificeren

A

C&C -> VIB -> hypothesevorming -> hypothesetoetsing.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Situering/definitie KOP

A

Een eenvoudig en gemakkelijk overdraagbaar werk(verklarings)model gebaseerd op de empirische cyclus. Een transdiagnostisch en gelaagd concept van persoonlijkheid met een focus op copingstijl.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Uitgangspunt KOP-model

A

K=OP

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

K

A

Klachten: probleem/pathologie
-Gewaarwordingen (fysiek)
-Gevoelens (emotioneel)
-Gedachten (cognitief)
-Gedragingen (interpersoonlijk)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

O

A

Omstandigheden:
-Stressoren
-Tegenslagen
-Protectieve factoren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

P

A

Persoonlijke stijl:
-Copingstijl
-Gewoonten/reactiepatronen
-Positieve kenmerken
-Persoonlijkheid
-Zelfbeeld
-Hechtingstijl
-Intelligentie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Stapsgewijs protocol kortdurende interventie in de eerstelijns GGZ

A

Bij elk onderdeel van KOP een beschrijving, doelen, en een behandelplan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly