Probleem 1: Naturally! Selection! Flashcards

1
Q

evolutie

A

een geleidelijke verandering in de structuur en fysiologie van organismen als gevolg van natuurlijke selectie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

functionalisme

A

een stroming die ervan uitgaat dat kenmerken van organisme een nuttige functie hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

homologie

A

dieren die op elkaar lijken hebben dezelfde voorouders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

analogie

A

dieren die op elkaar lijken hebben niet dezelfde voorouder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

adapties

A

erfelijk ontwikkelde eigenschappen die het gevolg zijn van natuurlijke selectie doordat ze overlevingskansen en vootplatingkansen vergroten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Environment of evolutionary adaptedness

A

adaptieve problemen die zorgen voor het vormen van adaptaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

bijproducten

A

eigenschappen die geen functie hebben maar een bijkomstigheid zijn van adaptaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

ruis

A

willekeurige effecten die ontstaan door plotselinge veranderingen in mutaties, omgevingsfactoren of fouten tijdens de ontwikkeling.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

natuurlijke selectie

A

proces waarbij geerfde eigenschappen die een selectief voordeel opleveren in de populatie toenemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

groepselectie

A

adaptatie van organismen om de overleving en reproductie van de groep te bevorderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

selectief voordeel

A

kernmerk van organisme dat het in staat stelt om meer nakomelingen te produceren dan gemiddeld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

fitness

A

vermogen om aan te passen aan de omgeving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

mutaties

A

verandering in de genetische informatie in de chromosomen van sperma of eitjes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

intraseksuele competitie

A

competitie tussen leden van hetzelfde geslacht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

interseksuele competitie

A

leden van een bepaald geslacht kiezen hun partner obv gewenste kwaliteiten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

genetic drift

A

willekeurige veranderingen in de genetische opmaak van een populatie

17
Q

founder effects

A

deel van de populatie vormt een kolonie waarbij een bepaalde eigenschaap vaak aanwezig is waardoor het genetisch materiaal veranderd

18
Q

genetic bottlenecks

A

grote vermindering populatie door een ramp waardoor een bepaalde eigenschap in het overgebleven deel kan zorgen voor verandering van het genetisch materiaal

19
Q

inclusive fitness

A

som eigen reproductieproces plus de effecten die je acties hebben op het reproductieproces van je verwanten.

20
Q

parental investment theory

A

ouders investeren in het grootbrengen van hun kinderen zodat hun genen worden doorgegeven

21
Q

theory of parent offspring conflict

A

conflicterende belangen tussen ouder en kind

22
Q

theory of reciprocal alturisme

A

verwachten van een tegengunst bij niet-verwanten

23
Q

dichotome eigenschappen

A

eigenschappen die altijd in de ene vorm voorkomen of in de andere, maar nooit een combinatie.

24
Q

moderne synthese

A

theorie van mendel bevestigde het belang van natuurlijke selectie zoals darwin had beschreven en gaf een stevigere basis voor de aard van erfelijkheid.