Probleem 1 Flashcards
Waar bestaat een strafbepaling uit?
- de delictsomschrijving: hieruit blijkt de gedraging die de wetgever strafbaar stelt.
- de kwalificatie-aanduiding: hoe het delict wordt genoemd dus bijvoorbeeld valsheid in geschrifte.
- de strafbedreiging
Wat is het vier lagen model waaraan voldaan moet worden voor de strafbaarheid van gedrag?
De opbouw van het strafbare feit in vier componenten:
- menselijke gedraging (MG): een gedachte kan niet strafbaar worden gesteld het moet gaan om een gedraging of het nalaten van een gedraging. De menselijke gedraging zal uiteindelijk tot uitdrukking komen in de ten laste legging.
- wettelijke delictsomschrijving (DO): de menselijke gedraging moet vallen binnen de grenzen van een wettelijke delictsomschrijving. Het moet een juridisch etiket krijgen.
- wederrechtelijkheid (W): de gedraging moet in strijd met het recht zijn, dus de daad mag niet gerechtvaardigd zijn. Het gaat niet over de verwijtbaarheid, dat valt onder de schuld.
- Schuld (als verwijtbaarheid) (V): in hoeverre het delict verwijtbaar is aan iemand. Gedrag is verwijtbaar wanneer er redelijkerwijs van iemand verwacht kon worden anders te handelen.
Wat is het verschil tussen misdrijven en overtredingen? (3 punten van belang)
Misdrijven en overtredingen
Misdrijven zijn over het algemeen de meer ernstige feiten en de overtredingen de wat minder ernstige feiten. Er wordt altijd aangegeven of een feit een misdrijf betreft of een overtreding. In het Wetboek van Strafrecht staan de overtredingen in het derde boek en de misdrijven in het tweede boek. Het onderscheid is van belang omdat:
o Absolute competentie: de indeling bepaalt grotendeels welk soort rechter bevoegd is.
o Poging en medeplichtigheid zijn alleen strafbaar wat betreft de misdrijven.
o Veel dwangmiddelen zoals het aftappen van een telefoon mag alleen worden toegepast in het geval van verdenking van een misdrijf.
Wat is het verschil tussen formele en materiële delicten?
Formele en materiele delicten De verdeling is niet waterdicht, maar over het algemeen is het wel toepasbaar. o Formeel delict: de handeling wordt strafbaar gesteld. Voorbeelden: Diefstal Snelheidsovertredingen Het invoeren van cocaïne Het dragen van een vuurwapen o Materieel delict: het veroorzaken van een bepaald gevolg wordt strafbaar gesteld. Voorbeeld: Moord Doodslag Dood door schuld
Wat is het verschil tussen Commissie en Ommissiedelicten?
Commissie en Omissiedelicten
o Commissiedelict: de strafbaarstelling van een actief handelen.
Stelen
Moord
Vervalsen
o Omissiedelicten: de strafbaarstelling van het nalaten iets te doen.
Voorbeeld:
Het nalaten hulp te bieden aan iemand die in levensgevaar verkeerd wanneer men hiervan getuige is.
o Een oneigenlijk omissiedelict: wanneer een delict in de wet geformuleerd staat als een commissiedelict maar toch wordt gepleegd door een nalaten.
Voorbeeld:
Doodslag doordat een moeder haar kind niet voed.
Wat is het verschil tussen gekwalificeerde en geprivilegieerde delicten?
Gekwalificeerde en geprivilegieerde delicten
Bij dit onderscheid betreffen beide categorieën bijzondere strafbepalingen:
delicten die voortbouwen op andere delictsomschrijvingen (de gronddelicten),
o Gekwalificeerde delicten: wanneer het extra bestandsdeel wat toegevoegd wordt door de bijzondere bepaling strafverzwarend werkt.
Voorbeeld:
Het gronddelict eenvoudige mishandeling (art. 300 Sr) en de bijzondere bepaling: mishandeling met voorbedachten rade (art. 301 Sr.)
o Geprivilegieerde delicten: wanneer het extra bestandsdeel wat toegevoegd wordt door de bijzondere bepaling straf verlichtend werkt.
Voorbeeld:
Het gronddelict doodslag (art 287 Sr) en de bijzondere bepaling: kinderdoodslag (art. 290 Sr).
wat zijn de twee criteria die worden gehanteerd voor het aanwijzen van een verdachte en waar kan je dat vinden?
art. 27 sv.
materieel criterium: als verdachte wordt voordat de vervolging is aangevangen, aangemerkt degene te wiens aanzien uit feiten of omstandigheden een redelijk vermoeden van schuld aan een strafbaar feit voortvloeit.
dit redelijk vermoeden moet gestoeld zijn op feiten en omstandigheden niet een voorgevoel
formeel criterium: daarna wordt als verdachte aangemerkt degene tegen wie de vervolging is gericht