pobleem 1 Flashcards

1
Q

selectieve aandacht

A

wanneer een individu de aanacht nirt aan alle stimuli kan besteden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

cocktail party fonemeen

A

een process waarin auditieve aandacht wordt greicht op een stimulus terwijl andere stimuli worden weggefilterd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

onoplettebde blindheid

A

het niet opmerken van onverwachte objecten of gebeurtenissen terwijl de aandacht op iets anders gefocused is .

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

veranderingsblinheid

A

het niet opmerken van subtiele veranderingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

shadowing

A

een individu luisterd naar twee verschillende boodschappen maar focust zich toch op slechts een boodschap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

factoren die onoplettendblindness beinvloeden

A
  • gelijkenissen; bij veel overeenkomsten tussen twee gebeurtenissen is de blindheid kleiner
  • cognitieve inspanning; hoe minder moeite de aandacht vragende taak nodig heeft, des te kleiner blindheid
  • afleiding; hoe meer afleiding hoe meer blindness
  • werkgeheugencapaciteit: er zijn twee theorien
    1. met meer cognitieve middelen die besfchikbaar zijn , zouden mensen eerder onverwachte objecten opmerken met een groter wgeheugen cap
  1. mensen met een grotere wrkgehgncapac zijn vaak beter in staat om hun aandacht bij de taak te houden, wat betekent dat ze onverwachte objecten juist minder snel moeten opmerken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

onoplettend doofheid

A

het niet opmerken van onverwachte geluiden wanneer de aandacht op iets anders gericht is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

de drie factoren die selectief luisteren verbeteren en helpen met focussen op de stem die je wilt horen

A
  • onderscheidende sensorische kernmekren van de spraak van het doelwit (toohoogte tempo en ritme)
  • geluidsintensiteit
  • locatie van de geluidsbron
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

filter theorien

A

een filter blokeert een deel van de informatie en selecteerd daardoor slechts een deel van de info

voorbeelden
- broadbents model
- morays selective model
- deutsch en deutch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

bottleneck theorie

A

een bottleneck vertraagd de doorstroom van informatie (het ontkracht de info)

  • treismans attentuation model
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

beoadbents model

A

we fitleren info direct nadat het op sensorische niveau is opgemerkt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

morays selective filter model

A

kom grotendeels overeen met broadbent maar berichten die van groot persoonlijke belang zijn kunnen de filter doorbreken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

treismans attentuation model

A

in plaats van stimuli te blokkeren, verzwakt het filter alleen de sterkte van andere stimuli dan de doelstimulus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

deutsch & deutsch later filter model

A

de locatie van de filter is nog later dandie vna broadbent. stimuli wordt pas gefilterd nadat het oppervlakig geanalyseerd is op zowel fysieke eigenschappen als de betekenis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

synthese van vroege en latere filter modellen (neisser)

A

er zijn twee processen die de aandacht beheersen

  • preattente processen: deze automatische processen zijn snel en vinden parallel plaats. ze kunnen alleen worden gebruikt om fysieke sensorische kenmerken op te merken van een boodschap waar niet actief aandacht aan wordt besteed. ze onderscheiden geen betekenis of relaties.
  • attente processen: vidnen later plaats. ze worden serieel uitgevoerd en verbruiken tijd en aandachtsbronnen, zoals het werkgeheugen. ze kunnen ook worden gebruikt om relaties tussen functies te observeren. ze dienen om fragmenten te synthetiseren tot een mentale representatie van een object.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

attentional blink

A

het verminderde vermogen om van twee visuele informatiebronnen die kort na elkaar worden gepresenteerd de tweede bron te identificeren.

17
Q

manieren waarop verdeelde aandacht toetstand kan zijn veroorzaakt door eht experiment over attentional blink

A
  • opwinding: wanneer opwinding wordt gereeerd door muziek kan het aandacthssyteem gevoelige worden voor andere stimuli
  • positief affect: denken aan vakantie of luisteren naar muziek kan een positieve stemming opwekken iets waarvan eerder is aangetoond dat het de prestatie verbetert op verschillende cognitieve taken.
  • verdeelde aandacht: de extra taak zelf kan er zelf ook voor zorgen dat de aadnacht meer verdeeld wordt.