HC 2 Flashcards
Prospectief geheugen
geheugen dat jou herinnerd om geplande dingen uit te voeren
- tijdgebasseerd: op een bepaalde tijdstip
- evenement gebasseerd: wanneer specifieke omstandigheden zich voordoen
retrospectief:
dingen herinneren uit her verleden
declaratief geheugen LT
is expliciet en bestaat uit feitelijke kennis
- semantische: kennis van woorden en informatie (bijv betekenis van een lastige oord)
- episodische; kennis van persoonlijke gebeurtenissen in het verleden. ( je laatste verjaardgasfeestje)
procedureel gehuegen LT
is impliciet en bestaat uit kennis over vaardigheden.
deze komen automatisch door middel van training
episodische geheugen
- codering: informatie waarnemen en relateren aan kennis uit het verleden.
- opslag: ervaringen laten gehugensporen of engrammen achter
- consolidatie: neurale veranderingen die optreden bij het opslaan van een nieuwe stu k informatie.
- verval: geheugensporen vervagen met het verstijken van de tijd. - ophalen: we coderen en slaan bijna alles op waar we aandacht aan besteden, maar het meeste zal nooit worden opgehaald. dit komt door een ophaal knelpunt. ( recall bottleneck). veel info is dus beschikbaar, maar niet toegankelijk.
flashbulbherinneringen
herinneringen van geburtenissen die een zeer diepgaande emotionele impact hebben
wapenfocus
de aanwezigheid van wapens zorgen ervoor dat ooggetuigen zich geen details over de aanvallen en de omgeving kunnen herinneren
confirmation bias
de neiging om informatie te zoeken, te interpreteren, te begunstigen en te herinneren op een manier die iemands eerdere overtuigingen of waarden bevestigd of ondersteunt.
post-event misinformatie-effect:
inconsistente od incorrecte informatie kan nieuwe herinneringen creeren.
verklaringen hiervoor:
- sociale druk (wordt uitgesloten bij belonging)
- geheugenvervangingstheorie: het originele geheugen wordt vervangen door een incorrect nieuwe geheugen. ( door een zetje/hint kan je gewoon de oude geheugen krijgen)
- geheugen co-existentie theorie: het orginele geheugen wordt aangevuld met een incorrect nieuwe geheugen en weten we soms niet meer welke de juiste is.
retroactieve interferentie
de verstoring van het geheugen door het leren van ander materiaal tijdens het retentie-interval.
biases in het ophalen
- suggestieve vragen stellen
- omstandigheden van het ophalen