Persoonlijk voornaamwoord Flashcards

1
Q

Vervang onderwerp door

A

je
tu
il/on
elle
nous
vous
ils
elles

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Vervang lijdend voorwerp door

A

me
te
le
la
nous
vous
les

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Vervang meewerkend voorwerp door

A

me
te
lui
nous
vous
leur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Vervang klemtoon door

A

moi
toi
lui
elle
nous
vous
eux
elles

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Vertaling en/y

A

Er; erin, ervan, ervoor, ermee, eraan, etc

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Vervang ‘de’ + zaken/ zinsdeel door

A

En

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Vervang ‘andere voorzetsels’ + zaken/zinsdeel door

A

y

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Veelvoorkomende uitdrukkingen met ‘de’

A

Avoir peu de (bang zijn voor)
Avoir envie de (zin hebben in)
Etre content de. (blij zijn met)
Avoir besoin de (nodig hebben)
Parler de (praten over)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Veelvoorkomende uitdrukkingen met ‘andere voorzetsels’

A

Compter sur (rekenen op)
Penser à (denken aan)
Réussir à (slagen in)
Croire à (geloven in)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Plaats persoonlijk vnw in de zin

A
  • voor het infinitief (als deze er is),
  • anders voor de persoonsvorm
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Na voorzetsels + personen

A

Met klemtoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Na c’est

A

Met klemtoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Met nadruk

A

Met klemtoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Alleenstaand

A

Met klemtoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Volgorde wanneer er meerder persoonlijke vnw zijn

A
  1. me/te/se/nous/vous
  2. le/la/les
  3. lui/leur
  4. y
  5. en
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly