PD 1 - Psychiatrische ziekteleer Flashcards
1
Q
Belangrijkste functies bij psychiatrisch onderzoek
A
- Algemene indruk
- Bewustzijn
- Waarnemen
- Denken vorm
- Denken inhoud
- Stemming
- Affect
- Psychomotoriek
2
Q
Algemene indruk
A
Wat voor iemand heb ik voor me?
3
Q
Bewustzijn
A
Is contact wel mogelijk
4
Q
Waarnemen
A
Wat is de input van het denken
5
Q
Denken vorm
A
Kan iemand efficiënt denken
6
Q
Denken inhoud
A
Wat is de output van het denken
7
Q
Stemming
A
Invloed van de output van het denken op de patiënt
8
Q
Affect
A
Hoe stabiel is die invloed
9
Q
Psychomotoriek
A
Hoe beweegt de patiënt daarbij
10
Q
Gedrag en motivatie
A
Wat doet de patiënt daarvoor
11
Q
Wat zijn de 3 psychische functies (de 3 G’s)
A
- Cognitieve functies: gedachten (informatie waarnemen, opnemen, vasthouden, begrijpen en ordenen)
- Affectieve functies: gevoelens (stemming, emoties, vegetatieve verschijnselen)
- Conatieve functies: gedrag (motoriek, motivatie, impulsen)
12
Q
Een psychiatrische diagnose omvat naar de classificatie van het syndroom volgens DSM 5
A
- Betekenis symptomen op patiënt
- De fase van ontwikkeling, ernst, complicaties en uitbreiding van het ziektebeeld
- Predisponerende, luxerende en onderhoudende factoren
- Functionele beperkingen
- Factoren die van invloed zijn op het beloop en de behandeling
