OAC 3- FMH- Week 2 Flashcards
1
Q
Noem de drie aandachtsgebieden na een CVA
A
- Somatosensorisch.
- Cognitief / Neurospychologisch
- Sociaal-emotioneel / Psychologisch
2
Q
Welke drie vragen beantwoorden we in het diagnostisch proces? Zet ze in juiste volgorde.
A
- WAT?
- HOE?
- WAAROM?
3
Q
In welke twee strategieën kunnen we balans opdelen?
A
- Motorische strategie
- Sensorische strategie
4
Q
Welke 5 begrippen horen bij houdingscontrole?
A
- Reaktief
- Prediktief
- Proaktief
- Fixed support
- Change of support
5
Q
Noem drie basismeetinstrumenten volgens de richtlijn beroerte.
A
- MI (motricity Index)
- TCT (trunk control test)
- BBS (berg balance scale)
- FAC (functional ambulation categories)
- 10MLT (tien meter looptest)
- FAT (Frenchay Arm Test)
- BI (Barthel Index)