NNP - H2 Flashcards
Ранг
De rangorde
Order, ranking
De ordening
Organize, arrange
Ordenen
Профессор
De hoogleraar
Info, details
De gegevens
Dissatisfaction
De onvrede
Focuses
focus on
Be focused on
Gericht
Richten op
Zich richten op
Shift
To move to shift
De verschuiving
Verschuiven, verschoof , heeft verschoven
Turnout/ increase
Рост
De opkomst
Peak
De uitschieter
Branch
De tak
Susceptible to , prone to
Vatbaar voor
Цитировать, цитата
Citeren
Het citaat
Someone else’s
Andermans
Angle of view
De invalshoek
Lead, leader
Aanvoeren, de aanvoerder
Separately
Afzonderlijk
Hunch
Het voorgevoel
Плагиат
Het plagiaat
Картель, группа
Het kartel
Fraud
De fraude
Give the impression
De indruk wekken
Compare apples to oranges
Appels met peren vergelijken
Put (money, time, energy) in it
Geld tijd energie steken in iets