Nederland Flashcards
zachte kusten
kunststrook die door de natuur is gevormd zoals duinen
harde kusten
door de mens aangelegde en onderhoude zeewering, die ten minste gedeeltelijk bestaat uit bouwmateriaal, zoals hout, basalt en asfalt
duinen
door de wind gevormde zandheuvel aan de landzijde van het droge strand
wadden
gebied dat onder invloed staat van een groot getijverschil en waarvan bij eb grote oppervlakten droogvallen en dat bij vloed onder water loopt
estuaria
trechtervormige riviermonding waar zoet rivierwater en zout zeewater zich vermengen
kustprocessen
voortdurende verandering van de kustlijn onder invloed van natuurlijke en menselijke factoren
zeestroming
zoutwaterstroming in de zee ten gevolge van getijdenwerking, opstuwing door de wind, dichtheidsverschillen of golfwerking
getijdenstroming
waterbeweging die het gevolg is van de afwisseling van eb en vloed
springtij
getijdensituatie van extra hoog water op zee als gevolg van het samenvallen van de aantrekkingskracht van de zon en de maan
doodtij
getijdensituatie op zee waarbij het verschil tussen hoog- en laagwater minimaal is
zeespiegelstijging
een langdurige verhoging van het zeeniveau met als voornaamste oorzaak de opwarming van het klimaat
bodemdaling
verlaging van de hoogte van het maaiveld, een rivierbodem of de zeebodem
stroomgebied
het hele gebied dat afwatert op een bepaalde rivier en zijn zijrivieren
stroomstelsel
rivier met alle zijrivieren en vertakkingen die deel uitmaken van hetzelfde stroomgebied
waterscheiding
de grens tussen twee stroomgebieden
waterafvoer
de manier waarop overtollig water uit een gebied wegstroomt of wordt verwijderd
debiet
hoeveelheid water die op een bepaald punt door een rivier of beek stroomt, m3 per seconde
regiem
jaarlijkse schommelingen in de waterafvoer van een rivier of beek
vertragingstijd
periode tussen de waterstandsverhoging in een bovenstrooms gedeelte van een rivier en de te verwachten verhoging in een kwetsbaar benedenstrooms gelegen gebied
piekafvoer
betrekkelijk kort durende, snel opkomende en aanzienlijk grote extra waterafvoer van een rivier die gemiddeld 1 keer per jaar of minder voorkomt. Heet ook wel afvoergolf
verhang
hoogte verschil tussen twee plaatsen langs een rivier of beek, uitgedrukt in km
verval
hoogteverschil tussen twee plaatsen langs een rivier of beek
dwarsprofiel rivieren
dwarsdoorsnede van een riviergeul of beek op een bepaald punt, die de waterbreedte en de verschillen in waterdiepte laat zien
uiterwaarden
hoger gelegen, buitendijks deel van het winterbed van een rivier, tussen zomer- en winterdijk, dat periodiek overstroomt en door sedimentatie wordt opgehoogd
zomerbed
hoofdgeul van een rivier of beek die meestal wordt begrensd door zomerdijken of zomerkaden
winterbed
gebied rond een rivier of beek dat bestaat uit het zomerbed en de uierwaarden, en dat meestal wordt begrensd door winterdijken
lengteprofiel rivieren
grafische weergave van de hoogteligging van de loop van een rivier of beek over een bepaald traject, bijvoorbeeld vanaf de bron tot de monding
bovenloop
deel van de rivier of beek vanaf de bron of oorsprong tot de middenloop waar het verval, de stroomsnenlheid en de uitschuring over het algemeen groot zijn
middenloop
deel van een rivier of beek tussen bovenloop en benedenloop waar erosie en sedimentatie ongeveer in evenwicht zijn