Nationalisme Flashcards

1
Q

Staat

A

Een staat is een politieke entiteit met een gedefinieerd grondgebied, een permanente bevolking, een regering en de capaciteit om relaties aan te gaan met andere staten. Een staat heeft vaak een georganiseerd systeem van wetten en instituties voor het reguleren van het leven van zijn burgers en het handhaven van orde en veiligheid binnen zijn grenzen. Voorbeelden van staten zijn de Verenigde Staten, Frankrijk, en China.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Nation-state

A

Een natie-staat is een staat waarbij de meerderheid van de bevolking behoort tot één specifieke natie, en waarbij de politieke grenzen min of meer samenvallen met de grenzen van die natie. Met andere woorden, het is een staat waarbij de politieke en nationale identiteit grotendeels samenvallen. Niet alle staten zijn natie-staten; sommige staten bestaan uit meerdere naties, terwijl andere naties verspreid kunnen zijn over meerdere staten. Voorbeelden van natie-staten zijn Japan (waar de Japanse natie overheerst) en IJsland (waar de IJslandse natie overheerst)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Nationalisme

A

Een verzameling van overtuigingen, politieke ideeën en bewegingen die identificatie met een bepaalde nationale gemeenschap uitdrukken en de belangen van die gemeenschap nastreven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Natie

A

Een natie verwijst naar een gemeenschap van mensen die een gemeenschappelijke geschiedenis, cultuur, taal, tradities en/of identiteit delen. Een natie kan bestaan binnen de grenzen van één staat of over meerdere staten verspreid zijn. Het kan ook verwijzen naar een groep mensen die een verlangen hebben naar zelfbeschikking en soevereiniteit, zoals in het geval van een nationale beweging die streeft naar de oprichting van een onafhankelijke staat voor hun volk. Voorbeelden van naties zijn de Koerden, de Palestijnen, en de Basques.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

origins of nations

A
  • primordial
  • perrenialist
  • Modernist
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Primordial

A
  • natie wordt gezien als iets natuurlijk
  • Bestaat sinds onheuglijk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Perrenialist

A
  • Pre-modern: Etnische kern waaruit naties zich op verschillende momenten in de geschiedenis hebben ontwikkeld.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Modernist

A

Naties zijn moderne concepten ? rond 1770s

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Imagined communities

A

alle naties zijn ‘imagined communities’. Hij wilt verklaren hoe het kan dat iemand in Groningen zich verbonden voelt met iemand uit Maastricht, terwijl ze elkaar nooit ontmoet hebben. Dit komt doordat wij ‘imaginen’ dat we onderdeel zijn van een community

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Vier punten van imagined communities

A
  • Imagined: je kent niet iedereen in jouw land
  • community: iedereen is gelijk tot elkaar in de community
  • limited: heeft grenzen > territorium
  • sovereign: democratic government >rule by the people
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

2 manieren om een natie te bouwen:

A
  • Top-down: vanaf de elite naar burgers
  • bottum-up vanuit de burgers naar boven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

peripheral nationalism:

A

probeert zich af te scheiden en een eigen regering op te zetten. (Catalonië, Schotland)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

irredentist nationalism

A

Poging om de bestaande grenzen van een staat uit te breiden door gebieden van een aangrenzende staat op te nemen die voornamelijk bewoond worden door mede-nationalen. (Sudeten germans: duitsers woonden tot 1945 in Tsjecho-Slowakije)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Unifaction nationalism

A

Samenvoeging van een politiek verdeeld maar cultureel homogeen gebied in één staat… vereist de oprichting van een nieuwe staat die de leden van de natie omvat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Twee ideaal types van naties

A

-Ethnic nations
- civic nations

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Ethnic nations

A
  • Duitsland als voorbeeld
  • basis van gedeelde etnische, culturele kenmerken
  • gedeelde geschiedenis en taal
17
Q

Civic nations

A
  • Frankrijk als voorbeeld
  • op basis van gedeelde waarden, normen, burgerrechten
18
Q

Twee ideale types van burgerschap

A
  • Jus sanquinis (right of blood, ethnic nations, Germany
  • Jus soli: (right of soil, civic nations, France)
19
Q

banal-nationalism

A

Hoe de natie wordt vormgegeven in ons dagelijks leven, dat soms onbewust, vanzelfsprekend en alledaags wordt Door b.v. speeches, keuzes en consumpties

20
Q

Waarom doet nationalisme er toe? 3 redenen

A
  • Allereerst was nationalisme iets nieuws waarbij mensen zich meer verbonden voelden met een grotere groep mensen dan alleen hun stad, dorp of familie
  • nationalisme betekende dat mensen zich meer verbonden voelden met hun land dan met hun religie of familie.
  • nationalisme zorgde ervoor dat mensen meer vertrouwen hadden in hun land en in de regering.