Module: Imaginer l’avenir Flashcards
een mens
un humain
een geheugen
une mémoire
een toestel, apparaat
un appareil
een keukenrobot
un robot (de cuisine)
een mechanisme
un méchanisme
een gereedschap
un outil
een motor
un moteur
een gereedschapskist
une boîte à outils
nodig hebben
avoir besoin de
werken, in werking zijn (van een machine)
fonctionner
goed/slecht werken
marcher bien/mal
het nut
l’utilité
automatisch
automatique
efficient
efficace
onmisbaar
indispensable
performant, krachtig
performant
praktisch
pratique
nuttig
utile
nutteloos
inutile
de vooruitgang, ontwikkeling
le progrés
de automatisering
l’automatisation
de verandering
le changement
de ontdekking
la découverte
een evolutie
une évolution
een innovatie
une innovation
een uitvinding
une invention
de nieuwheid, iets nieuws
la nouveauté
de robotisering
la robotisation
de technologie
la technologie
een beroep
un métier
een onderzoerker
un cherhceur / une chercheuse
een bouwer, constructeur
un constructeur
een ingenieur
un ingénieur
een uitvinder
un iventeur
een wetenschapper
un, une scientifique
de gps
le gps
het interent
l’internet
de computer
l’ordinateur
een tablet
la tablette
de draagbare telefoon/ gsm
la téléphone portable / le gsm
de vaste telefoon
le téléphone fixe
de oproep
l’appel
de batterij
le chargeur
het bericht, de boodschap
le message
het nummer
le numéro
de smartphone
le smartphone
het sms-bericht
le sms = le texto