module 1 Flashcards

1
Q

Wat betekent culturele geletterdheid?

A

Het vermogen om cultuur te begrijpen, erop te reflecteren en eraan deel te nemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat was het doel van klassieke muziek in het park van Kortrijk?

A

Om rust te creëren en hangjongeren weg te jagen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat bedoelt men met een “klaagcultuur” over jongeren?

A

Dat er vaak wordt geklaagd over het gebrek aan waardering voor klassieke cultuur, zoals lezen of muziek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een paradox binnen cultuurkritiek?

A

Enerzijds staat cultuur hoog op de agenda, anderzijds verkeert het in een crisis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het Bildungsideaal?

A

Een normatief ideaal dat gericht is op het opleiden van goede burgers met gedeelde kennis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de rol van literatuuronderwijs?

A

Het leren lezen, standaardtaal begrijpen, en kennismaken met nationale geschiedenis en literatuur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat houdt ‘meervoudige geletterdheid’ in?

A

Het omgaan met diverse vormen van lezen, zoals digitale, visuele, en geschreven media, in een globaliserende wereld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke maatschappelijke ontwikkelingen maken meervoudige geletterdheid noodzakelijk?

A

Globalisering, digitalisering en mediatisering.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een “verbeelde gemeenschap” volgens Benedict Anderson?

A

Een gemeenschap waarin mensen zich identificeren met elkaar via symbolen zoals taal en literatuur, ondanks dat ze elkaar niet kennen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke rol spelen scholen in natievorming?

A

Ze construeren nationale identiteiten en vormen verbeelde gemeenschappen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat betekent mediageletterdheid?

A

Het kritisch kunnen omgaan met media en hun invloed op wereldbeelden en meningen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat bedoelt McLuhan met “The medium is the message”?

A

Dat het medium zelf de manier beïnvloedt waarop we de boodschap interpreteren, niet alleen de inhoud.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het doel van culturele geletterdheid?

A

Het begrijpen en reflecteren op cultuur en actief deelnemen aan culturele praktijken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe wordt klassieke muziek gebruikt in het debat over hangjongeren?

A

Het wordt gebruikt als middel om rust te creëren en jongeren weg te jagen, gebaseerd op de aanname dat zij niet geïnteresseerd zijn in klassieke muziek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waarom is er kritiek op het gebruik van klassieke muziek in openbare ruimten?

A

Het toont een elitaire visie op cultuur en gaat ervan uit dat bepaalde groepen niet deelnemen aan deze cultuur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat wordt vaak gezegd in lerarenkamers over jongeren en cultuur?

A

Dat jongeren niet meer lezen en geen kennis hebben van klassieke literatuur of cultuur.

17
Q

Wat betekent het dat cultuur een ‘modewoord’ is geworden?

A

Het wordt gebruikt om allerlei complexe onderwerpen zoals racisme, identiteit en diversiteit te benoemen, maar participatie aan cultuur blijft laag.

18
Q

Wat betekent het Bildungsideaal?

A

Het opleiden van burgers door gedeelde kennis en normen, met een focus op klassieke literatuur en geschiedenis.

19
Q

Waarom verwijzen cultuurcritici vaak naar het verleden?

A

Ze verlangen naar een tijd waarin gedeelde kennis zoals klassieke literatuur vanzelfsprekend was.

20
Q

Hoe kan de dialoog tussen traditie en nieuwe cultuur gevoerd worden?

A

Door erkenning van nieuwe vormen van participatie zonder oude vormen uit te sluiten, zoals lezen op een e-reader naast het lezen van fysieke boeken.

21
Q

Wat is de paradox tussen nationalisme en globalisering?

A

Nationalisme benadrukt lokale identiteit, terwijl globalisering deze identiteiten problematiseert en diverse perspectieven samenbrengt.

22
Q

Hoe wordt een gemeenschap ‘verbeeld’?

A

Door culturele symbolen zoals taal, literatuur en kunst die een gevoel van verbondenheid creëren, ondanks dat leden elkaar niet kennen.

23
Q

Wat houdt ‘meervoudige geletterdheid’ in?

A

Het omgaan met diverse communicatiemiddelen zoals tekst, beeld en geluid, passend bij een globaliserende en gedigitaliseerde samenleving.

24
Q

Welke maatschappelijke ontwikkelingen maken meervoudige geletterdheid noodzakelijk?

A

Globalisering, digitalisering en mediatisering zorgen voor meer diversiteit en complexiteit in communicatie.

25
Q

Wat is het doel van een pedagogy of multiliteracies volgens de New London Group?

A

Onderwijs aanpassen aan maatschappelijke veranderingen door jongeren multigeletterd te maken.

26
Q

Welke rol spelen massamedia in onze samenleving?

A

Ze construeren wereldbeelden, bepalen wat gezegd kan worden, en beïnvloeden wie invloed heeft.

27
Q

Wat is het effect van digitalisering op geletterdheid?

A

Het creëert nieuwe vormen van geletterdheid en verandert hoe we omgaan met informatie, bijvoorbeeld door algoritmen.

28
Q

Hoe beïnvloeden media cultuurparticipatie?

A

Door toegang te bieden tot kunst en cultuur, maar ook door consumptiegedrag te sturen via broadcasting en narrowcasting.

29
Q

Wat is de rol van scholen in het construeren van verbeelde gemeenschappen?

A

Scholen onderwijzen nationale geschiedenis en literatuur, waardoor leerlingen zich als onderdeel van een nationale identiteit gaan zien.

30
Q

Wat betekent de uitspraak: “The same story, so to speak, must be told to all children”?

A

Het onderwijs draagt bij aan een gedeeld nationaal verhaal dat als vanzelfsprekend wordt gezien.

31
Q

Wat zijn de voorwaarden voor cultuurparticipatie volgens cultuurbeleid?

A

Toegankelijkheid, motivatie, en sociale context spelen een rol in wie deelneemt aan cultuur.

32
Q

Hoe beïnvloeden nieuwe media leesbevordering?

A

Nieuwe media concurreren met traditionele cultuurvormen zoals boeken en leiden tot nieuwe leespraktijken zoals BookTok en leesgroepen.

33
Q

Wat is het probleem met de traditionele literaire cultuur?

A

De concurrentie met andere media en culturele praktijken, zoals audiovisuele media.

34
Q

Wat is de relatie tussen geletterdheid en nationalisme?

A

Geletterdheid draagt bij aan een gedeelde taal en cultuur die de basis vormt voor nationale identiteit.

35
Q

Hoe verandert technologie onze kijk op geletterdheid?

A

Het maakt geletterdheid meervoudig en multimodaal, met een toenemende rol voor digitale en audiovisuele media.

36
Q

nieuwe media ontwikkelen continu maar:

A
  • verwachtingen vaak hoog
  • vormen van kritiek op de bestaande orde
  • bieden nieuwe mogelijkheden
  • zijn een middel voor democratie (soms ook ondermijning)