Maatschappijleer Stof Pww 1 Flashcards

1
Q

Noem de 3 kenmerken van een maatschappelijk probleem?

A
  1. Het is een groot probleem dus veel mensen zijn ermee betrokken.
  2. Er zijn veel mensen dus ook veel verschillende meningen aanwezig
  3. de overheid gaat zich ermee bemoeien
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is een feit?

A

Iets dat echt gebeurt is en je kunt het bewijzen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een vooroordeel?

A

Dat is iets over iemand of iets zeggen zonder dat je de feiten kent.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een argument?

A

Een mening waarover je verteld waarom iets goed of slecht is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn machtsmiddelen?

A

Een middel waardoor je iemands gedrag kan beïnvloeden. Zoals je beroep(leraar) die macht uitoefent. Mensen zouden jouw moeten gehoorzamen of op zijn minst iets doen waarvan jij dat gevraagd hebt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een belang?

A

Dat is iets waarvan je je voordeel bij hebt en goed vindt. (Wat jij belangrijk vind)
Ookwel deels verbonden aan je normen en waarden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn waarden?

A

De dingen die je belangrijk vindt in het leven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn normen?

A

De regels die vastzit aan je waarde bijv:

“Ik vindt eerlijk werken goed, maar daar moet ik ook eerlijk voor betaald worden.”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat gebeurt er bij een belangentegenstelling?

A

Daar botsen jouw belangen met de belangen van iemand anders.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn fatsoensnormen?

A

Regels die niet geschreven zijn maar toch door vele gehanteerd wordt omdat het net is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn aangeboren eigenschappen?

Noem een voorbeeld

A

Dat is een eigenschap die je al sinds je geboorte hebt gekregen zoal een hoge bloeddruk of dat je pijn voelt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn sancties?

A

Een manier om aan te geven of iets goed of slecht is. Zo weet je wat je wel en niet mag doen.

Goed= belonen
Slecht= straffen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat betekent het begrip “sociale controle”.

A

Dat betekent dat de groep je de sancties oplegt can de groep en ook de regels. Ze sporen je aan of corrigeren je naar de staafmaten van de groep en zijn regels.(sancties)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn aangeleerde eigenschappen?

Noem een voorbeeld.

A

Dat zijn eigenschappen die in de loop van het leven aan een mens is aangeleerd. Zoals praten in een taal of gitaar spelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is er bij internationalisatie gebeurt

A

Dan gedraag je je naar de normen en waarden van een groep zonder er zelfs bij na te denken. Zoals dat je bij rood ligt moet stoppen of hoe je goed moet fietsen. Je denk niet meer aan wat je doet je doet het gewoon.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is verbale communicatie?

A

Dat is dat je informatie doorgeeft door middel van praten of schrijven(appen enz)

17
Q

Wat is een medium?

A

Een middel om te communiceren met andere.

Zoals tijdens bellen is een telefoon het medium van de communicatie.

18
Q

Wat betekent dit begrip :

“eenzijdige communicatie”

A

Dat betekent dat jij alleen de informatie ontvangt.

19
Q

Wat is dan meerzijdige informatie?

A

Als jij tegelijk ontvanger en zender.(verzender)

20
Q

Wat betekent social media?

A

Dat zijn alle internetmogelijkheden waardoor je informatie met elkaar kan delen.

21
Q

Wat is media?

A

Dat zijn alle middelen waarmee de informatie wordt verspreidt.

22
Q

Wat is massacommunicatie?

A

Dat is een zender die tegelijk informatie doorgeeft aan een heleboel ontvangers.(YouTube).

23
Q

Wat is het verschil tussen publieke omroepen en commerciële zenders?

A

Commerciële zender proberen geld te verdienen. Ze zijn vooral gericht op het verdienen van geld zoal SBS6 of RTL5. Zij verdienen geld aan de kijkcijfers maar ook van de reclame die er tussendoor wordt uitgezonden. Zij worden volledig zelf geregeld zonder hulp van de regering.

Publieke omroepen daarentegen zijn betaald door de regering om.
Zoals NL1 of VARA, ze zenden alleen dingen uit met cultuur, nieuws of informatie erin. En zij moeten zich houden aan de Mediawet. Terwijl commerciële zenders meer uitzendvrijheid hebben. Maar dat ook binnen bepaalde grenzen.