Lesson 19- zinnen Flashcards

1
Q

Toen ik zondag aan het fietsen was, werd ik door een jonge man aangereden en raakte mijn been gewond toen ik van de fiets af viel.

A

星期天我骑车上街的时候,被一个小伙子撞倒了,从车上摔下来把腿撞伤了。

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Ik bloedde een beetje, niks serieus.

A

流了一点儿血,不要紧。

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Nadat ik was aangereden zag de jonge man mij op mijn rug op de grond liggen en riep meteen taxi om me naar het ziekenhuis te brengen.

A

我被撞倒了,小伙子看我躺在地上,马上叫了辆出租车,把我送到了医院。

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

De dokter deed een klein onderzoek, gelukkig was er niks aan de hand.

A

大夫给我检查了一下儿,还好,没伤到骨头。

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Gisteren is hij me komen bezoeken. Hij voelde zich erg schuldig. Ik zei hem dat het niet erg was, het was niet met opzet.

A

昨天他还来看过我。他也觉得挺不好意思的。我说,没什么,你又不是故意的。

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Mijn portemonnee is gestolen.

A

我的钱包儿让小偷儿偷走了。

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

De laatste tijd zijn er een paar ongelukkige dingen gebeurd.

A

我最近遇到好几件倒霉事儿了。

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Ik heb pas een fiets gekocht en die is door iemand meegemomen.

A

我刚买了一辆自行车,就叫人骑走了。

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Vorige week was ik met een vriend op de Chinese muur, toen we vertrokken was het weer goed. Toen we er net waren ging het onverwachts regenen. Het regende heel erg hard en we hadden geen paraplu bij. Iedereen was helemaal doorweekt (als een kip) en onze kleren waren helemaal nat.

A

上星期跟朋友一起去长城了,出发时天气好好儿的,没想到,刚到就下雨了。雨下得还特别大,我们又没带雨伞,个个都被淋得像落汤鸡似的,衣服全都湿了。

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Eergisteren zat ik in de taxi om naar het “Capital Theatre” te gaan, maar ik werd bijna door de chaffeur naar “Capital Airport” gebracht. Hij zei dat ik niet duidelijk sprak en vliegveld in plaats van theater had gezegd.

A

前天我坐出租车要去“首都剧场”差点儿被司机拉到“首都机场”。他说我的音发得不准,把“剧场”说成“机场”了。

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Een paar dagen geleden kwam ik een waarzegger tegen, hij zei dat ik dit jaar niet veel geluk heb, maar volgend jaar wel.

A

前几天我遇到一个算命的。他说我今年运气不太好,明年就好了。

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Om hem te bedanken heb ik hem 100 yuan gegeven.

A

为了感谢他,我给了他一百块钱。

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Mijn vrienden zeiden allemaal dat ik gek was en mijn geld beter had kunnen spenderen.

A

朋友们都说我傻,花钱受骗。

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Die dag ben ik met vrienden een berg gaan beklimmen, en omdat we boven op de berg aan het roken waren kregen we van de park manager een boete van 50 yuan.

A

那天跟朋友们一起去爬山,因为在山上抽烟,又被公园管理员罚了五十块钱。

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Ik heb besloten vanaf volgende week te stoppen met roken.

A

从下星期起,我决定把抽戒掉,不抽了。

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Met mijn sigaretten kan ik nog tot volgende week doen, ik wil er geen verspillen.

A

我的抽还能抽到下星期,要是抽完就浪费了。