les 7: urinestelsel res Flashcards
nier
ren, renes
voorvoegsel nier
ren(o)- , nefr(o)- , nephr(o)-
kelk
calix, calices
nierbekken
pelvis renalis (=pyelum)
voorvoegsel m.b.t nierbekken
pyel(o)-
IVP
intraveneuze pyelografie
urineleider
ureter
urineblaas
vesica urinaria
voorvoegsel m.b.t blaas
vesic(o)- , cyst(o)-
urinebuis
urethra
voorvoegsel m.b.t urinebuis
uretr(o)- , urethr(o)-
voorvoegsel m.b.t urine of urineren
uro-
achtervoegsel m.b.t urine of urineren
-urie
urinelozing
mictie, mictio
urinevorming
diurese
veerhoogd dorstgevoel
polydipsie
uitscheiding
excretie
uitdroging, wateronttrekking, huid is weinig elastisch
dehydratie, dehydratatie
vochtophoping
oedeem, oedema
onvermogen om urine op te houden
urine-incontinentie, incontinentia urinae
onvermogen om stoelgang op te houden
fecale incontinentie, incontinentia faecalis
verbrijzeling ven een (nier,blaas,…) steen d.m.v een lithotriptor
lithotripsie
acute blaasontsteking met ernstige bloeding
cystitis acuta haemorrhagica
teveel eiwitten in de urine
proteïnurie