les 6: Diencephalon

Question 1

Diencephalon (A)

• waar?
• wat?

Answer 1

• ligt tussen de grote hersenen en de hersenstam
• bevat schakelcentra die bewuste en onbewuste sensorische informatie en motorische impulsen integreren
• omgeeft het derde ventrikel

Question 2

Diencephalon (A)
-bestaat uit?
(B, C, D)

Answer 2

• thalamus (B)
• hypothalamus (C)
• epithalamus (met epifyse (D))

Question 3

(diencephalon)
thalamus (B)
-wat?
-functie?

Answer 3

-linker- en rechterthalamus gescheiden door het 3de ventrikel

functie:

-laatste schakelpunt voor opstijgende sensorische informatie
→ slechts klein gedeelte info wordt doorgegeven aan de primaire sensorische schors = soort van ‘filter’
→ rest van de info wordt doorgeschakeld naar de basale kernen en centra in de hersenstam

-speelt ook een rol bij de coördinatie van willekeurige en onwillekeurige motorische impulsen

Question 4

(diencephalon)
hypothalamus (C)
-wat?
-fucties?

Answer 4

• ligt onder het derde ventrikel
• bevat belangrijke centra voor regulering en integratie

functies:

• beïnvloedt de werking van de hypofyse en zorgt zo voor het afgeven van hormonen, o.a. oxytocine, anti-diuretisch hormoon
• maakt deel uit van het limbisch systeem
• coördineren van de activiteiten van het zenuw- en hormoonstelsel
• reguleert veel autonome functies en speelt daardoor een belangrijke rol in het behoud van homeostase (lichaamstemperatuur, dorst- en hongercentrum, biologische klok)

Question 5

(diencephalon)
- epithalamus (D)
- wat?
- delen?

Answer 5

-ligt op het derde ventrikel, vormt het dak van het diencephalon

-voorste deel:
bevat gedeelte van de plexus choroideus (productie cerebrospinale vloeistof)

-achterste deel:
epifyse (pijnappelklier): produceert het hormoon melatonine (belangrijk voor reguleren dag/nachtritme)

Question 6

mesencephalon (A)

• wat?
• functie?

Answer 6

bevat kernen en bundels van stijgende en dalende zenuwvezels

functie:
-verwerkt visuele en auditieve informatie

• genereren onwillekeurige, somatische motorische reacties (= reflexen)
• bevat de motorische kernen van twee hersenzenuwen betrokken bij oogbewegingen
• helpt het bewustzijn in stand te houden
• bevat kernen die een rol spelen bij de motorische output van de basale ganglia

Question 7

pons (A)

-wat?

Answer 7

• verbindt het cerebellum met de hersenstam, grote hersenen en ruggenmerg
• bevat banen en schakelcentra
• bevat kernen die betrokken zijn bij de motorische aansturing van het lichaam en de ingewanden
• ook verbonden met het verlengde merg

Question 8

cerebellum (A)

• wat?
• functies?

Answer 8

• automatisch verwerkingscentrum
• bestaat uit 2 hemisferen en liggen achter de pons, thv het 4de ventrikel

functies:
-aanpassen van houdingsspieren van het lichaam om het evenwicht te bewaren

-programmeren en nauwkeurig aanpassen van bewegingen die op bewust en onbewust niveau worden gereguleerd
→ vergelijkt hiervoor motorische impulsen met proprioceptieve info (over lichaamshouding) die het krijgt en voert aanpassingen uit die nodig zijn om de beweging soepel te doen verlopen

Question 9

verlengde merg (A) = ?

• wat?
• functies?

Answer 9

medulla oblongata (A)

-verbindt de hersenen met het ruggenmerg

functie:
-schakelt sensorisch info door naar de thalamus en andere centra in de hersenen

-bevat reflexcentra die vitale autonome functies regelen o.a. hartslag, bloeddruk, ademhaling, sapafscheiding & spierwerking van het spijsverteringskanaal