Les 5 Kansarmoede Flashcards
Wat is armoede?
Armoede is een tekort aan middelen om adequaat aan de samenleving te kunnen participeren, om te handelen in overeenstemming met de dominante maatschappelijke verwachtingen, en om die verwachtingen mee vorm te geven.
> dreiging van sociale uitsluiting
AROPE (At Risk Of Poverty or social Exclusion)
% van de bevolking met 1 of meer van 3 risicoindicatoren:
- Armoederisicograad (AROP)
- Ernstige materiële deprivatie (tekort)
- Zeer lage werkintensiteit
1 of meerdere van de 3 indicatoren: 18,9%, 1 op 5, of 2.172.100
Doel België: 380.000 minder -> getallen eerder slechter geworden dan beter.
Armoede risicograad (eerste van de AROPE)
Aandeel van de bevolking met een inkomen lager dan 60% van het nationaal mediaan equivalent netto gezinsinkomen
14,1% (1 op 7, of 1.620.000) in België 2020 (toename)
Ernstige materiële deprivatie (tweede van de AROPE)
4/9 items: ernstig materieel gedepriveerd
België 2020: 3.9%, 1 op 5, of 448.200 (stabiel)
Zeer lage werkintensiteit (derde van de AROPE)
Aantal gewerkte maanden afgelopen jaar gedeeld door aantal maanden waarop gewerkt konden worden
Zeer laag = <20%
België 2020: 11,9%, 1 op 8, of 1.367.600 (afname)
Wat zijn de voordelen van de AROPE?
- Jaarlijkse update beschikbaar
- Betrouwbaarheid is hoog
- Internationale vergelijking
Wat zijn de nadelen van de AROPE?
- Te grote samenhang met de welvaart van het land (bv, als het gemiddelde al arm is)
- Vermogen/bezit speelt geen rol (bv, als je lotto wint)
- 60% is arbitrair (willekeurig)
Referentiebudgetten
Budget minimaal nodig voor een menswaardig leven en volwaardige maatschappelijke participatie
Wat zijn voordelen van referentiebudgetten?
- Het is geen willekeurige grens, afgeleid van dagelijks leven
- Menswaardig leven
- Nauwkeuriger naargelang gezinssituatie
- Bruikbaar in hulpverlening
Wat zijn de nadelen van referentiebudgetten?
- Complexe berekening
- Gebaseerd op aantal aannames
- Moeilijker om beleid op af te stemmen
- Recent, dus moeilijk vergelijkbaar
Hoe armoede doorbreken (2 beleid)?
Flankerend beleid: leven van mensen in armoede verlichten maar niet fundamenteel verbeteren
Structureel beleid:
- Duurzaam werken aan onderliggende problemen
- Terwerkstellingsbeleid
- Betaalbare huisvesting
- Sociale zekerheid
- Toegankelijke goederen en diensten
Welke categorieën horen bij het verklaringsmodel van armoede?
- Persoonlijke tekorten (intern, individu): Persoon (micro) zelf heeft schuld aan armoede
- Persoonlijke ongevallen (extern, micro): door ongeval armoede
- Conjunctureel model (extern, macro): armoede gevolg van verandering in maatschappij
- Structureel model (macro, intern): armoede ingebakken in maatschappelijk systeem