leren kaartjes 4 Flashcards
hoe wordt meniscus gevormd
eerst bindweefsel, door belasting wordt het omgezet tot vezelig kraakbeen
mediale meniscus en laterale meniscus
mediaal is groter (ligt vergroeid in kapsel)
lateraal is de kleinere (is bewegelijk want ligt los van kapsel)
een ….. meniscus scheur is gunstiger omdat
laterale, omdat de bloedvoorziening beter is
hoe heten de kruisbanden officieel
voorste kruisband: ligamentum cruciatum anterius
achterste kruisband: ligamentum cruciatum posterius
welke 3 spieren hebben mediaal dezelfde aanhechting aan de zijkant vd knie
semitendinosus, gracilis, sartorius
*pes anteurines heet dit punt
flexie leidt tot spanning van de … kruisband
achterste kruisband
extensie leidt tot spanning van de
voorste kruisband
testen welke kruisband gescheurd
voorste schuiflade test (tibia kan naar anterior verschoven worden) = voorste kruisbandletsel
achterste schuiflade test (tibia kan naar posterior verschoven worden) = achterste kruisband letsel
m quadriceps (welke en functie)
m. rectus femoris, vastus lateralis, medialis, intermedius
extensie van de knie
chiasme rurale
m.flexor digitorum longus en m. tibialis posterior kruisen hier
chiasme plantare
m.flexor digitorum longus en m. flexor hallucis longus kruisen hier
n. peroneus zorgt voor
dorsaal flexie en pronatie
leren compartimenten pagina
71 slim
waaruit bestaan de m.triceps surae
m. gastronemicus (laterale en mediale kop) en m. soleus
n. peroneus is hetzelfde als
n. fibularis
n. tibialis functie
plantairflexie en supinatie
mediaal collateraal ligament letsel
- valgus/ exorotatie trauma
- ligt op mediale femur epicondyl
- goede prognose
MCL laesie gradering
graad 1: 0-5 mm (functioneel)
graad 2: 5-10 mm
graad 3: > 10 mm
laterale collateraal verschil tov mediaal
- smaller, dunner, elastischer
- zie slim schema pag 76
lateraal collateraal ligament letsel
- bijna altijd door varus
- lagere genezingstendens
lichamelijk onderzoek ligament letsel knie
- lachmantest (90 graden flexie)
- collaterale stresstest
- voorste en achterste schuiflade test (20 graden flexie)
- posterior sag test
- pivot shift
- dial test
lachman test
bewegen van onderbeen tov van bovenbeen in lichte flexie (VKB letsel)
collaterale stress test
varus/ valgus
bij LCL schade eigenlijk altijd
opereren
- soms wordt hamstoring pees gebruikt
of - laterale collaterale band als popliteus pees ingezet
bij geïsoleerd AKB letsel is behandeling
conservatief
als er positieve achterste schuiflade test + instabiliteit dan operatie
late gevolgen AKB letsel
- patellofemorale artrose
- mediale compartiment artrose
letsel wat vaak voorkomt bij VKB scheur
50% lateraal meniscus letsel
als voorste schuiflade mogelijkheid vaak plaatsvind kan er ook een lengtescheur komen in de mediale meniscus
artrose later komt meer door bijkomend meniscusletsel dan door instabiliteit
3 testen VKB onderzoek
- voorste schuiflade test
- pivot shift test
- lachman test
VKB letsel behandeling
altijd eerst conservatief, later wordt er gekeken of operatie nodig is
!!! operatie voorkomt artrose niet!!!
(over)belasting definitie
een stimulus (enkele of meervoudige fysiologisch, psychologisch of mechanische stressoren) die is toegepast op een menselijk biologisch systeem
De mens kan het biologisch systeem belasten over verschillende
tijdsperioden (seconden tot jaren) en met variërende omvang
(duur, frequentie en intensiteit
als iemand onvoldoende tijd neemt om te herstellen
neemt de capaciteit af (pag 79 slim)
belasting meten
- objectief: snelheid, afstand
- subjectief: op basis van eigen ervaring score geven
- interne meting: hartslag
risico op overbelasting bepalen
acute;chronic work ratio
(hoe hoger de piek, hoe hoger de belasting)
* sweet spot tussen: 0,8 - 1,3
*danger zone: >1,5 (dus 1,5x meer dan normaal)
diagnose peesblessure
- lokale pijn in relatie tot belasting
- lokale zwelling
- palpatiepijn
= heet ook wel tendinopathie
behandeling Achilles tendinopathie
opbouwende oefentherapie binnen pijngrenzen
een jaar na peesblessure heeft… nog klachten
67% nog klachten, na 10 jaar nog 25%
achillespees ruptuur
voet hangt gewoon naar beneden zonder dat pees nog zichtbaar is
acute hamstringblessure
meest frequent in voetbalt
vooral in periode van terugkeer naar sport
het hebben van eerdere hamstringblessure verdubbeld risico op nog een keer
gradering hamstringblessure
graad 1: verrekking
graad 2: partiële ruptuur
graad 3: volledige ruptuur
graad 1 en 2 diagnose hamstringblessure
- acute pijn achterzijde been
- trais:
1 aanspanpijn hamstrings
2 rekpijn hamstring
3 drukpijn hamstring - zie plaatjes pag 80
acute hamstringblessure duurt meestal
34 dagen (bij topsporters gaat het iets sneller)
diagnose graad 3 hamstringblessure
zeldzamer, beweging: uitglijden, dus flexie heup, extensie knie
- hematoom op mediale zijde bovenbeen (dorsaal)
- kracht leveren hamstring gaat moeizaam
behandeling graad 3 hamstringblessure
conservatief: veiliger, minder kracht
operatief: moet binnen 4 weken, complicatie risico hoger, functie vergelijkbaar
continuum spierblessure
milde blessure kan overgaan in ernstige blessure
MTSS
mediaal tibiaal stress syndroom
(voorheen shin sprints)
= bosoverbelasting door hyperpronatie voet
welke overbelastingsblessures ontstaan gelijkelijk en welke acuut?
geleidelijk:
- achilles tendinopathie
- mediaal tibiaal stress syndroom
acuut:
- peesruptuur
- acute hemstringbelssure graad 1/2
- botfractuur
preventie overbelastingblessures
- educatie
- belasting management
- oefentherapie
wat maakt kinderfracturen anders dan volwassen fracturen
- bot is elastischer
- periost îs dikker, steviger, actiever
- groeischijven (en groeien dus nog)
- fracturen consolideren sneller (volledige genezing)
- kunnen ander soort onderliggend lijden hebben
elastische botten en dikker periost bij kinderen klinische presentaties
- greenstickfractuur
periost aan een kant opengescheurd, aan de andere kant nog intact > omdat periost dikker is zal het steeds terugschieten in foute stand > behandeling: andere kant ook fractuur maken en dan vastzetten - torus fractuur
buckling (bobbel) aan de zijkant van bot (soms even gips, na 2 weken weer belasten) - toddler’s fractuur
kinderen 1-5 jaar, analogische loop, spiraalfractuur van tibia (in eerste instantie niet zichtbaar op röntgen) - bowing factuur
- monteggia fractuur
factoren van invloed op remodeling
- rest-groei potentieel van betreffende schijf
- mate van dislocatie
- richting van dislocatie
- afstand tot groeischijf
- stabiliteit
- tijd verstreken sinds ongeval
in de epifysairschijf vind
enchondrale verbening plaats
groeischijf zones
rustzone, proliferatiezone, hypertrofische zone, verkalkingszone, ossificatiezone
de proliferatiezone zit altijd aan de …
kant van het gewricht
(schade aan diafyse kant van groeischijf is dus minder erg dan aan de epifysaire kant) > als epifysaire kant kapot, sluit de groeischijf
letsel van de groeischijf is ingedeeld dmv
salter Harris
salter Harris
zie plaatjes types pag 87
type 1: zelf tot nooit complicaties, kiemlaag nog intact
type 2: in veel gevallen nog intact (bij 4 vaak niet meer)
type 3/4: bot gaat asymmetrisch groeien
type 5: vroegtijdige sluiting epifysairschijf
*bij type 1/2 mag na 7-10 dagen geen repositie meer uitgevoerd worden (kan leiden tot schade kiemlaag)
*bij type 3/4 moet chirurgisch geprobeerd worden om anatomische correctie uit te voeren
langeskiold procedure
zie aantekeningen plaatje
sluiting vd groeischijven gaat van
mediaal naar lateraal (20 jaar laatst sluiting van subclavia)
triplane fractuur
fractuur in enkel 3 vlakken, saggitaal, transversaal en ventraal
- kan alleen optreden bij sluiting van epifysairschijf
groeipotentieel paar botten
proximale humerus 80% lengtegroei
distale femur 70% lengtegroei
gehele been zijn proximale tibia en distale femur belangrijkste (samen 65% lengtegroei)
onderliggend lijden fracturen kinderen
- door aneursysmatsiche bot cyste
- door solitaire bot cyste
- non ossifying fibroma (fibrotische laesie in cortex)
mediale malleolus zit
hoger dan laterale malleolus
achtervoet bestaat uit
calcaneus, talus
os naviculares, os cuneiforme mediale/ intermedius/laterale, os cuboideum
metatarsalen I tot V
welke structuren bovenste spronggewricht
articulatio talocruralis (tibia, fibula, talus)
*dorsaal/ plantair flexie
onderste spronggewricht
articulatio midtarsale bestaat uit 2 gewrichtjes
- articulatio calcaneocuboidea
- articulatio talonaviculare
*supinatie en pronatie
inversie beweging voet
plantairflexie, supinatie, varus
eversie voet
dorsaalflexie, pronatie, valgus
volgorde scheuren ligamenten voet
1 ligamentum talofibulare anterior
2 ligamentum calcaneofibulare
3 ligamentum talofibulare posterior
*zie plaatje pag 91
als n peroneus uitvalt hoe heet deze ‘gang’
haventred (geen pronatie en dorsoflexie meer)
welke 2 zenuwen plantaiflexie en supinatie
n. plantaris
n. tibialis
welke pezen lopen er in de tarsale tunnel
m. flexor digitorum longus, m. flexor hallucis longus, m. tibialis posterior
a/v tibialis posterior
n. tibialis
pronatie spieren voet
m. peroneus longus/ brevis
zwaar onderbeen letsel
Ventraal en mediaal weinig tot geen spiermanchet
Kwetsbare huid door veneuze insufficiëntie, zwaartekracht speelt in het nadeel
= snel keuze maken amputeren of niet (anders grote kans op osteomyelitis)
wat maakt onderbeen problematisch
- kwetsbare arteriële vaatvoorziening van tibia = risico op delayed union/ pseudo artrose groot
- compartimenten zeer compact
dig 1 en dig 2 sensibiliteit door
n. peroneus profundus
n. tibialis sensitiviteit
onder voetzool
classificatie van onderbeenletsel AO-classificatie
A = enkelvoudige fractuur
B = fractuur met los fragment
C = comminutieve fractuur
gustilo-andersen classificatie
zie pag 98 slim
bij gustilo-andersen classificatie
type IIb: infectie percentage 52%, amputatie percentage 16%
type IIIc: infectie percentage 42%, amputatie 42%
debridement
- ongebreideld, teugelloos
- debrider 1 zonder ophouden
- debrider 2 losmaken
- debrider 3 openen
Débridement betekent letterlijk spanning loslaten door een incisie en het wordt met name gebruikt in de betekenis van het verwijderen van débris en dood weefsel
krachtverdeling fibula en tibia
fibula 20%
tibia 80%
2 syndesmoses tibia en fibula
- ligamentum tibiofibulare posterior (PITFL)
- ligamentum tibiofibulare anterior (AITFL)
laterale bandcomplex bestaat uit, geeft deze beperking
lig talofibulare anterior/ posterior, lig. calcaneofibulare
inversie, anterieure verplaatsing, endorotatie
mediale bandcomples bestaat uit, geeft beperking
lig. deltoideum (bestaat uit volgende banden)
- lig. tibiotalare anterior/ posterior
- lig. tibioclcanele
- lig. tibionaviculare
beperking: eversie, laterale verplaatsing van talus, exorotatie
3 testen voor enkelbandletsel
- voorste schuiflade test
lig. talofibulare anterior, positief als als >4mm naar interieur beweegt - inversie stresstest (talar tilt)
lig. calcaneofibulare, positief als meer dan 5-10 graden naar inversie - eversie stresstest
lig. deltoideum
inversie trauma en eversie trauma
inversie: naar mediaal: laterale banden kapot
eversie: naar lateraal: mediale banden kapt
behandeling enkelbandletsel
- afhankelijk van ernst
- zwelling voorkomen door koelen/ enkel zwachtelen
- oefenen met belasten binnen pijngrens
ottowa ankel rules
A drukpijn over uiterste 6cm van distale fibula
B drukpijn over uiterste 6 cm van mediale malleolus
C drukpijn over basis van metatarsal 5
D drukpijn os naviculare
A/B: X-enkel
C/D: X-voet
Als foto gemaakt moet voet wel onbelastbaar zijn <4 stappen
röntgenfoto enkelletsel
voorachterwaats (AP)
lateraal
in mortise (15graden endorotatie) inver
inversietrauma fractuur
Maisonneuve fractuur
(hoog fibula fractuur en scheur in membrana interossea)
weber classificatie
A: fibula infrasyndesmotisch
B: fibula transsyndesmotisch
C: fibula suprasyndesmotisch
**zie plaatje pag 103
lauge-hansen classificatie
kijkt naar uitgangspositie van voet op moment van trauma
** leer uit slim pag 104/105
behandeling enkelfractuur
streven naar stabiele congruente enkel (ander veranderde biomechanica > pijn en artrose)
- operatief of conservatief
welke schroef als syndesmose stuk is
stelschroef
varus definitie
standsafwijking van ledemaat waarbij distale deel naar lichaamsas toewijst
pes plano valgus abductus
enkel in varus stand waardoor grote teen zichtbaar is
pes equino varus adductus
klompvoet
varus in achtervoet
adductus in voorvoet
voet is soepel als
- virusstand ontstaat in staan op tenen
- voetboog zichtbaar bij ontspannen voeten
- voetboog zichtbaar bij optrekken grote teen
- voet in ontspannen toestand soepel beweegt
diagnose osteomyelitis
Anamnese / LO
Rontgenbeeld
MRI scan
Lab: kan normaal zijn!
Kan langdurig aanwezig zijn zonder klachten te geven!
Bij aanwezigheid van vreemd lichaam (zoals bijvoorbeeld een schroef)
moeilijker te behandelen
behandeling
Afnemen diepe kweken
Dood bot/ vreemd lichaam verwijderen (indien mogelijk)
Langdurig antibiotica, meestal 2 wkn IV gevolgd door 4 wkn tabletten
Bloedvoorziening, bedekking..
fibula hemimelia
korter onderbeen
laterale voetstralen kunnen ontbreken
afwezige voorste kruisband
deficiëntie laterale femurcondyl
vaker bij mannen
vaker unilateraal dan bilateraal
vaker rechts dan links
metatarsus adducts
Mediale deviatie voorvoet
12% van de neonaten
Positieafhankelijke deformiteit
90% corrigeert spontaan voor de
leeftijd van 4 jaar
Gipsredressies tussen 6 en 12
maanden bij rigide types
klompvoeten
pes equinovarus adductus
CAVE
Cavus
Adductie voorvoet
Varus van achtervoet
Equinus (spits van enkel)
klompvoet ontstaan
80% idiopatisch
20% gerelateerd aan skeletdysplasie, congenitale neurologische aandoening etc
klompvoet feitjes
Ong. 300 kinderen per jaar in Nederland
vaker bij mannen
50% dubbelzijdig
Herhalingskans: 10-15% (100× verhoogd)
ponseti methode
tegen klompvoet,
behandeling met gips gedurende 6 weken
week 1: plantar druk onder caput metatarsale 1
week 2: talus omhoog gedrukt
andere weken: derogeren
bij persisterende spits wordt percutane acchillestoenotomie gedaan (doorgehaald)
> na gipsperiode krijgt het kind ponseti boots and bar zodat ecorotatie blijft behouden (tot leeftijd van 4 jaar tijdens slapen)
hakvoet
- pes calcaneovalgus
- veel frequenter dan klompvoet
- intra-uterine malpositie
- zonder actieve behandeling goede prognose
congenitale verticale talus
kan in uterus opgemerkt worden
- voetzool toegenomen in omvang en hiel steekt uit aan achterzijde
- talus verticaal (ipv schuin naar beneden)
- geen spontane correctie mogelijk
platvoeten
pedes planovalgi
- geen relatie latere orthopedische pathologie
- invloed steunzolen te verwaarloezen
- soepele platvoet >95% geen klachten
calcaneo-naviculaire coalitie
- platvoet waarbij hiel continu in valgus is
- normaal lichte valgus en op tenen staan lichte varus (niet bij deze afwijking)
zelfde fenomeen kan tussen talen en calcaneus
- talocalcaneale coalitie
klinische presentatie tarsale coalitie
“Peroneal spastic flatfoot”
Rigide platvoet
Subtalaire beweeglijkheid↓
Symptomen op latere kinderleeftijd en adolescentie
Pijn mediaal door talocalcaneaire coalitie?
Pijn lat in “sinus tarsi” door calcaneonaviculaire coalitie?
Pijn belastingsafhankelijk
Bij tenenstand géén varuskanteling in achtervoet
tarsale coalititie erving
autosomaal dominante overerving, eerste symptomen rond leeftijd 10 jaar oud
os tibiale externum
extra oksalen structuur gevormd
meestal accessoire os naviculare verwerkt in m. tibialis posterior pees
holvoeten
pes cavus
Nooit aangeboren
Pas na 5-6 jaar
70%: relatie met neurologische
pathologie:
Congenitale myopathie,
Spierdystrofie
Hereditaire polyneuropathie
Ruggemergspathologiehersenp
athologie
hopvoeten pathologie
Cavovarusvoet: door mediale cavus
en reactieve achtervoet-varus
Eerst: neurologische beoordeling
Daarna: therapie: weke delen
release of benige correctie
coleman bloktest
kijken of er weke delen behandeling mogelijk is bij een holvoet
pronatie 1ste straal (grote teen)
test positief als persoon op blokje gaat staan behalve 1ste straal en dan recht op grond staat
tienafwijkingen
- hallux valgus (later kinderleeftijd of volwassen)
- krulteen
- congenitale digitus quintu superductus
krulteen pathologie
verkorte flexorpees aan planetaire zijde van voet
krulteen pathologie
verkorte flexorpees aan planetaire zijde van voet
congenitale digitus quintu superductus
afwijkende dig 5 die over dig 4 heen krult
> behandeling is operatie waarbij huid van teen losgesneden wordt en teen in goede stand geplaatst
take home voetafwijkingen
De eerste behandeling van een pes equinovarus-adductus is volgens
de Ponseti methode
Een congenitale verticale talus wordt operatief behandeld
Een soepele knikplatvoet behoeft geen behandeling
Een patiënt met holvoet moet neurologisch onderzocht worden
Een pijnlijke, beperkt beweeglijke achtervoet kan passen bij een tarsale
coalitie