Leren en cognitie Flashcards
Leren
lange termijn verandering in mentale representaties als gevolg van ervaring
Cognitie
parapluterm, waartoe de mentale processen gerekend kunnen worden die optreden wanneer mensen waarnemen, informatie verwerken
Ontwikkelingsperspectief
hoe en wat geleerd wordt is afhankelijk van de achtergrondkennis en cognitieve vaardigheden van de persoon die leert
Behavioristisch model
Informatie die in de hersenen gaan en het gedrag wat daaruit resulteert. Alleen dingen bestuderen die objectief te meten zijn -> gedrag.
Cognitief model
belangrijk om denkprocessen systematisch in kaart te brengen
Social cognitive model
theorie die uitgaat van wisselwerking tussen persoon en omgeving
Waarom zijn de theorieën belangrijk?
- overzichtelijk
- ontstaan van nieuw onderzoek
- betekenis aan observaties en resultaten
- aangrijpingspunten om meer optimaal werkende interventies te ontwikkelen
Vroege psychologie
Introspectie en zelf-observatie. Vooral op basis van eigen ervaringen en dus gebruik van non-objectieve methoden. Weinig systematisch
Behaviorisme
Focus op stimulus en response. Input gaat in de blackbox en daaruit volgt een response/output.
Watson
Stichter behaviorisme
Pavlov
Klassiek conditioneren
Skinner
Operant conditioneren
Thorndike
Hield zich bezig met de vraag: hoe wordt een nieuwe vaardigheid aangeleerd?
Kennis bestaat uit een mentaal netwerk van associatieve links tussen stimulus en responses
Kennis
link tussen stimulus en respons
3 wetten van Thorndike
- law of readiness
- law of exercise
- law of effect
law of readiness
mensen leren het beste wanneer ze er fysiek en mentaal klaar voor zijn
law of exercise
herhaling maakt link tussen stimulus en respons sterker
law of effect
connectie versterkt door belonen en afgzwakt door straffen
Bandura
Sociale leertheorie
Equipotentiality
leren van mensen en dieren vindt grofweg hetzelfde plaats, maar dieren makkelijker te onderzoeken (dus als het bij dieren zo is, dan is het bij mensen ook zo`)
Objectivity
objectiviteit -> vooral relatie tussen stimulus en response (want dat kan je zien)
Belang van kennis voor leren bij evaluatie
- onderwijs
- opvoeding
- onderwijsinnovatie
- adviezen en begeleiding
- verhelpen leerproblemen
Blackbox
mentale processen zijn niet interessant want die kan je niet observeren (strenge behavioristen)
Wat is leren?
Verbetering in gedrag, betere term is conditioneren
tabula rasa
Onbeschreven blad. Men wordt geboren zonder kennis of vaardigheden en alles wordt tijdens het leven geleerd
parsimony
spaarzaamheid, leren moet in zo min mogelijk woorden beschreven worden
reinforcement
zelfs heel ingewikkeld gedrag kan aangeleerd worden met de juiste reinforcement.
Klassiek conditioneren
passief leren -> leren van associaties/verbanden tussen stimuli en respons
Operant conditioneren
actief leren -> leren van gedrag door reinforcement
contiquity
nabijheid, cS moet vlak voor ucS gepresenteerd worden
contingency
afhankelijkheid, cS presenteren wanneer kans op ucS groot is
extinction
uitdoving -> cS wordt vermeden waardoor de uitdoving van de respons niet plaatsvindt
spontaneous recovery
spontaan herstel van de cR
generalisatie
angst kan zich uitbrengen naar overlappende categorieen
high order conditionering
een extra ucS die een cS kan worden
counterconditonering
aangeleerd gedrag kan ook afgeleerd worden
positieve beloning
positieve stimulus na gewenst gedrag
negatieve beloning
vervelende stimulus stopt na gewenst gedrag
positieve straf
vervelende stimulus na ongewenst gedrag
negatieve straf
fijne stimulus stopt na ongewenst gedrag
shaping
breed beginnen, eindigen in detail. toewerken naar bepaald gedrag met beloning.
chaining
leren in stapjes
strategieën van reinforcement
shaping en chaining
reinforcement schema’s
ratio, interval, fixed, variabele
ratio
beloning/straf na x aantal responses
interval
beloning/straf op basis van verstreken tijd
fixed
na elke x een beloning/straf
variabele
na gemiddeld x een beloning/straf
DRH
iets vaak doen binnen een bepaalde tijd, bijv vaak leren voor een tentamen vergroot de kans op een voldoende
DRL
iets weinig doen binnen een bepaalde tijd
behavioral contrast
vooruitgang binnen een bepaald domein betekent soms achteruitgang binnen andere domeinen
active respondents
leren vindt plaats door te doen
terminal behaviour
specifieke doelen in concrete termen
mastery learning
naar het volgende level gaan als het huidige level beheerst wordt
superstitious behaviour
ongewilde effecten van operant conditionering door het zien van niet bestaande causale verbanden, zoals een gelukspoppetje
constructivisme
idee dat nieuwe kennis wordt opgebouwd op basis van bestaande kennis
kernpunten Piaget
- leren is actief
- constructivisme (leren afhankelijk van eerdere ervaring)
- kennis is georganiseerd op een betekenisvolle manier
- cognitieve ontwikkeling verloopt in stadia
schemes
mentale representaties van kennis. eerste concreet daarna abstract
cognitive schemes
schemes kunnen steeds complexer worden
operations
cognitive structures die betrokken zijn bij logisch redeneren
assimilatie
informatie toevoegen aan de schemes die je al hebt
accommodatie
een nieuw schema maken of bestaande schema aanpassen
disequilibrium
verwarring doordat er een bepaald beeld niet voldoet aan het beeld/scheme/plaatje
cognitieve ontwikkeling volgens Piaget
Het denkvermogen is afhankelijk van ervaring maar ook van stadium cognitieve ontwikkeling
sensorimotor (0-2)
Begrip van de wereld en dingen om ons heen op basis van actie. Ontwikkeling sensory en motor vaardigheden
preoperationeel (2-6)
Begrip van de wereld en dingen om ons heen op basis van perceptie en met gebruik van symbolen (taal). Focus op 1 dimensie. Fantasie en werkelijkheid door elkaar.
concrete operationeel (6-11)
Begrip van de wereld en dingen om ons heen op basis van concrete eigenschappen en logisch denken. Twee-dimensionaal. Realistisch.
formeel operationeel (11 en ouder)
Begrip van de wereld en dingen om ons heen op basis van abstracte eigenschappen en “denken over het denken”. Multi-dimensionaal. Hypothetisch.
staircase model
Model van Piaget, waarbij er steeds complexere strategieën gebruikt worden
overlapping waves theory
Model van Siegler. Meerdere strategieën door elkaar heen gebruikt. Ontwikkeling= verandering in de frequentie waarin strategieën worden gebruikt
kritiek Piaget
- onderschat wat jonge kinderen kunnen (misleidende en onbekende taken)
- overschat wat adolescenten kunnen
- weinig rekening gehouden met sociale interactie/rol van de leerkracht
sociocultural theory
theorie waarin wordt gekeken naar het lerende kind en de context waarin het leren plaatsvindt. Theorie van Vygotsky
Socioculturele theorie volgens Vygotsky
Cognitieve ontwikkeling en leren wordt gedreven door interactie met ouders, leerkrachten en andere kinderen. Spontane concepten door interactie omgeving, maar instructie is nodig voor ontwikkeling van abstracte wetenschappelijke concepten
interpersoonlijk
informatie via interactie opdoen
intrapersoonlijk
informatie zelf verwerken en daardoor onthouden, bijv. regels die door leraar zijn voorgezegd herhalen in het hoofd
zone van proximale development
waar de meeste ontwikkeling plaatsvindt
scoffolding
hulp aanpassen aan het niveau van het kind
constructivisme volgens Vygotsky
- theorie van V vaag, waardoor moeilijk is om kritiek te hebben
- algemene theorieën van V blijven in stand houden
appropriations
aanpassen van overgedragen kennis/cognitieve tools voor eigen doeleinden
hoort bij constructivisme volgens Vygotsky
Implicaties onderwijs op basis van Piaget en Vygotsky
- constructivisme: houdt rekening met achtergrondkennis en bouw voort op basale concepten en vaardigheden
- uitdaging is creëren van disequilibrium en werken in ZPD
- houd rekening met ontwikkelingsfase
- belang van sociale interactie
voordelen zelf ontdekken
- meer begrip
- beter onthouden
- betere transfer
- positieve attitude
- ontwikkeling wetenschappelijk denken
- leren van fouten
nadelen zelf ontdekken
- wanneer leerlingen ploeteren, kunnen de effecten omdraaien
- slecht onthouden