Lektion 9 Flashcards
de aankomst
die ankunft ¨e
de dokter
der artz ¨e
de lift
der aufzug ¨e
de excursie
der ausflug ¨e
het uitzicht
die aussicht en
het verzoek
die bitte n
het blad
das blatt ¨er
de boot
das boot e
de breedte
die breite n
de brievenbus
der briefkasten ¨
de kans
die chance n
de bank, zetel
die couch en
het dak
das dach ¨er
de hoek
die ecke n
het geval
der fall ¨e
de viering
die feier n
de brandweer
die feuerwehr en
het handvat
der griff e
de hint
der hinsweis e
de hoogte
die höhe
de cassette
die kassette n
de doos
der kasten ¨
de bioscoop
das kino s
de laag, lagen
die lage lagen
de lengte
die länge n
de vrachtwagen
der lastwagen
de lijst
die liste n
de makelaar
der makler
de zee
das Meer e
de huur
die miete n
het midden
die mitte
de maand
der monat e
de motor
der motor en
de buurman
der nachbar n
het net
das netz e
de nul
die null
de oven
der ofen ¨
het oor
das ohr en
de prijs
der preis e
de brochure, folder
der prospekt e
de reparatie
die reparatur en
de schaduw
der schatten
de sneeuw
der schnee
de voetstap
der schritt e
de sok
die socke n
de saus
die sobe n
de sprong
der sprung ¨e
het stopcontact
die steckdose n
de stekker
der stecker
de stap, het niveau, de graag
die stufe n
de tafel
die tabelle n
de tante
die tante n
het deel
der teil
het terras
die terrasse n
de trap
die treppe n
de verhuurder
der vermieter
het gordijn
der vorhang
de wc
das WC
ophalen
abholen
toppen, ophouden, eindigen
aufhören
uitpakken
auspacken
er uitzien
aussehen
letten op, in acht nemen
beachten
begroeten
begrüben
opmerken
bemerken
aanbieden
bieten
draaien
drehen
te binnen schieten
einfallen
ontdekken
entdecken
verschrikken, bang maken
erschrecken
verwachten
erwarten
vallen
fallen
vrezen, bang zijn
fürchten
slagen, lukken
gelingen
opwarmen, verwarmen
heizen
heersen
herrschen
hopen
hoffen
kloppen
klopfen
meten
messen
opzoeken
nachschlagen
openen
öffnen
sluiten
schlieben
beschermen
schützen
opslaan, sparen
sparen
steken
stecken
drogen
trocknen
proberen
versuchen
voornemen, van plan zijn
vorhaben
voorstellen
vorschlagen
groeien
wachsen
herhalen
wiederholen
breed
breit
donker
dunkel
glad
glatt
licht, helder
hell
mogelijk
möglich
praktisch
praktisch
moeilijk
schwierig
veilig
sicher
nog
still
direct
direkt
binnen
drinnen
ook
ebenfalls
steving
fest
samen
gemeinsam
hetzelfde, identiek
gleichzeitig
in het midden van
mitten in
naast
nah
boven
oben
uiteindelijk
schlieblich
zelfs
sogar
sterk
stark
overal
überall
beneden
unten
met
damit
die
dass
iemand
jemand
iemand
jeder
zonder te
ohne zu
om te
um zu