lecture 9 the conditioning approach Flashcards

1
Q

Yerkes-Dodson law

A

Performace increases with physiological or mental arousal but only up to a certain point, when arousal is too high, performance decreases

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

geef een voorbeeld van Helpnessness en giving up

A

honden die hoe dan ook een schok krijgen gaan op een gegeven moment anticiperen op de schok en moeten het verdragen. Ze nemen op een gegeven moment niet meer de moeite om te leren hoe te ontsnappen aan de schok nadat ze ineens konden ontsnappen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

reward learning in duiven skinner

A

duiven die random eten krijgen in een skinner box. De duiven kwamen er achter dat welk gedrag dan ook ze op het moment van eten toediening lieten zien, ze dit gedrag gebruikten om eten te krijgen (springen, rondje draaien, verschilde per doif). De duif dacht dat dit gedrag connected was aan beloning. Ze lieten dit gedrag ook veel zien. Dit laat iets zien over op welke manier jou gedrag connected is met de uitkomst.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat veroorzaakt overlearning?

A

moeilijker afleren watson leek zien hoe je gedrag kan automatiseren zonder dat het sense maakt. Muizen moesten door een doolhof bonjouren op zoek naar eten. Muizen die ineens een langere doolhof kregen met beloning nadien stopten waar de originele doolhof stopt en wachtte op eten. Bij een verkorrte maze knalde hij tegen de muur op. De muizen passen hun gedrag niet gaan op omgeving.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Operant:

A

gedrag stimuleren–> geef reward of neem iets negatiefs weg.

Gedrag afleren–> positieve straf (iets onplezierigs toevoegen) of negatieve straf (iets plezierigs wegnemen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is een cognitieve disfunctie van een verslaafde

A

hij zit vast in een rewardloop

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Primary reinforcers

Secondary reinforcers:

A

Primary reinforcers Trigger emotional response by means of pictures or movies. Automatic, they don͛t have to learn, but very variable from one person to another.

Secondary reinforcers: by conditioning stimuli with an emotional value by a shock (punishment) or money (reward). But it hard to determine the influence of the picture and there are a lot of individual differences. Therefore, in experiments conditioned stimuli are used, meaning more or less the same for each person.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Unconventional experiments

A

Little Albert (Watson) Fear conditioning for furry animals.

  • Learned helplessness (Seligman) Organism learned that it is helpless to escape or avoid and gives up trying.
  • Superstition in pigeons (Skinner) Skinner gave the pigeons food at a regular interval with no reference to a certain behavior, the pigeons started to make associations with performed behaviour
  • The Kerplunk experiment (Watson & Carr) Stimulus and response experiment conducted on rats in a maze, demonstrating the ability to turn voluntary motor response into a conditioned response.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

cueing experiments

A

Cueing Experiment 1
Green color associated with shock Indicate the orientation of the target (Left/Right) as fast and accurately as possible Threat cue does not predict the location of the target, only the probability of the shock
Response has no influence over shock delivery (classical conditioning)
- Valid: threat cue & target at same location
- Neutral: No threat cue
- Invalid: Threat cue & target at opposite locations. Results: accurate and sensitive if target is presented very briefly after the cue.
trade-off between speeded accuracy and timing between cue and target
Validity:
Threat cost (IN Faster RT
I

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

onderzoek met positieve en negatieve woorden. Wat werd beter onthouden?reactietijd?

A

Bij negatieve woorden was er een langzamere reactietijd. highly arousing woorden werden het beste onthouden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

onderzoek met arousing plaatjes. Wat werd beter onthouden?reactietijd? na enige tijd?

A

immediate werden plesant plaatjes beter onthouden (zowel high als low arousing), na een tijd werden high arousal negatieve plaatjes beter onthouden en laag arousal pos plaatjes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

confounding factor

A

BIS/BAS: tendency what to approach and avoid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

hoe oefen je meer controle uit over emotie triggeren?

A

iedereen reageert anders op emotie. Door reward of punishment toe te voegen heeft het een effect op onze aandacht en performance

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly