Lecture 1 Flashcards

1
Q

Organisatie

A

Een groep mensen die in een netwerk van sociale relaties en systemen werken om een gezamenlijk doel te bereiken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Scientific Management ( probleemstelling)

A
  1. De nieuwe werknemers werden nooit ingewerkt (moest gebeuren door de beste en meest ervaren werknemers)
  2. ‘Soldiering’ (vroeger kregen mensen betaald per geproduceerde eenheid. Hoe meer ze produceerden, hoe lager het bedrag wat ze extra kregen. Dit demotiveerde werknemers om hard te werken en maximaal te produceren)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Scientific Management (time and motion studies)

A
  1. ‘Finding the one best way’ om taken uit te voeren
  2. Standaardisering en simplificering van arbeid
  3. ‘Wetenschappelijke’ selectie en training werknemers
  4. Werknemers prikkelen door beter te belonen
  5. Werknemers moeten werken, managers moeten nadenken en organiseren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Scientific management (kritiek en consequenties)

A
  1. Verschuiving van macht en controle
  2. Verschuiving van waarden: efficiëntie, prestaties, groei, snelheid en schaal
  3. Te weinig oog voor menselijke relaties en welzijn in brede zin, en ‘ontmenselijking’ van arbeid
  4. Te weinig oog voor relaties op de werkvloer
  5. Te weinig oog voor de inrichting van een organisatie en voor de communicatie binnen een bedrijf
  6. Niet wetenschappelijk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly