lbv werkcolleges Flashcards

1
Q

stages of change

A

precontemplatiefase
contemplatiefase
voorbereidingsfase
actiefase
behoudensfase

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

motiverendgesprek fasen

A

engageren
focussen
evoceren
plannen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

NURSE

A

name it
understand the core message
respect
support
explore

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

lastige pten

A

clingers, demanders, help-rejecters, self-destructive deniers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

omgaan lastige interacties

A
  1. herken en signaleer de lastige gesprekssituatie
  2. diagnosticeer en kies een beleid
  3. intervenieer
    4 ga verder met de medisch inhoudelijke kant van het gesprek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

kwadranten ofman

A

kernkwaliteit, valkuil, uitdaging, allergie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

motivatie doe je door

A

bekrachtigen, reflectief luisteren, autonomie bevestigen, samenvatten, open vragen stellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

verandertaal

A

verlangen, vermogen, redenen, noodzaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

therapietrouw

A

adherence, compliance, concordance

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

spikes model

A

setting
patient perceptie
invitatie/informatie
kennis
emotie/empathie
summarize/strategy

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

empatische reactie

A

observeer
identificeer
beargumenteer
verbind de emotie met de oorzaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

rouwverwerking volgens kubler ross

A

ontkenning, boosheid, onderhandelen, depressie, aanvaarding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

domeinen professioneel gedrag

A

ken jezelf
ken je taken
leer de ander kennen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

ontvangen sleht nieuws

A

het slechte nieuws:
1. horen
2. begrijpen
3. beoordelen
4 ondersteuning ontvangen voor het verwerken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

rouwtaken van worden

A

1 onder ogen zien van de werkelijkheid 2ervaren van de pijn/verlies
3aanpassen aan de verandering
4verlies een plek geven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

arts in de rouwtaken van worden

A

stap 1: actief luisteren, ongeloof benoemen, pt uitnodigen vragen te stellen, gedachten te verwoorden
stap 2: gevoelens bespreekbaar maken en erkennen ➛ gevoelsreflecties en normaliseren/bevestigen

17
Q

behoeftes pten

A

behoefte aan:
geruststelling
erkenning
controle en veiligheid
steun

18
Q

interdoktervariatie

A
  • variatie in ziektebeeld
  • culturele verschillen
  • arts gebonden verschillen
  • verschil in zintuigelijke waarneming
  • contextuele factoren
  • verschil in persoonlijkheid
  • inbreng pt
19
Q

10 stappen slechtnieuwsgesprek

A
  1. inhoudelijke voorbereiding
  2. organisatorische voorbereiding
  3. vaste arts voor vetrouwenrelatie
  4. inleiden slehcte nieuws
  5. slechte nieuws brengen afgestemd op patienten en naasten
  6. bespreken van gedachten en gevoelens
  7. samenvatten, plannen van een vervolggesprek en afronden
  8. opvangen patienten en naasten
  9. rapporteren en infromeren
  10. voeren van een vervolggesprek
20
Q

gesprektechniek slecht nieuws gesprek

A

bevestigend antwoorden
empatisch opmerkingen
exploreerende vragen

21
Q

vier principes van beauchamp en childress

A

weldoen, respect autonomie, niet schaden, rechtvaardigheid

22
Q

praktijkvariatie

A
  • voorkeuren pt varieren
  • voorkeuren clinici varieren
  • voorkeuren clinici variert van pt
  • clinici voorspellen de voorkeuren matig van pt
23
Q

3e spoor shared decision making

A

geld ➛ waarde=uitkomsten voor pt/kosten in euro

24
Q

gedeelde besluitvorming

A
  • betere therapietrouw
  • arts-pt relatie verbetert
  • lagere kosten
  • meer tevreden pten
  • minder ongewenste variatie
  • betere gezondheidsuitkomsten
25
Q

ondersteunign bieden ouderen bij sdm

A
  • cognitieve achteruitgang➛ reduceer inspanning en vergroot capaciteit
  • selectief gebruik deliberatief vermogen ➛ vergroot persoonlijk relevantie, vergroot eigen effectiviteit
  • verbeter emotionele focus ➛ creer goede sfeer, benoem negatieve emoties, benadruk belang, vooral bij afzien behandeling
26
Q

shared decision making

A
  • voorkeuren patient
  • klinische kenmerken
  • best beschikbare evidence