Lateralisatie emoties, omgekeerde U-effect & sensatiezoekers Flashcards

1
Q

Lateralisatie van emoties

A

het idee dat de twee hersenhelften op een verschillende manier betrokken zijn bij uiteenlopende emoties.

De linkerhersenhelft lijkt met name positieve emoties te beïnvloeden,

terwijl de rechterhersenhelft negatieve emoties beïnvloed.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Omgekeerde U-functie

A

beschrijft de relatie tussen arousal (opwinding) en prestaties:

eerst stijgt de prestatiecurve met toenemende arousal, maar bij te veel arousal daalt de prestatie dramatisch.

Bij eenvoudige of goed geoefende taken leidt een hoger arousal tot betere prestaties, bij lastige of gecompliceerde taken ligt het optimale arousalniveau lager.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Voorbeeld omgekeerde U-functie

A

sporters streven ernaar om ‘opgeladen’ aan een wedstrijd te beginnen. Het publiek op de tribunes denkt misschien dat extra arousal de prestaties alleen maar kan verbeteren, maar dit hoeft niet zo te zijn. Te veel arousal kan een sporter blokkeren, waardoor de prestaties dramatisch achteruitgaan. Dit kan ook gebeuren bij een examen. Arousal stimuleert je om te studeren en het maakt je geheugen tijdens een examen toegankelijker. Maar als de arousal te groot wordt, leidt dit tot examenvrees.

De prestatiecurve stijgt dus eerst en vervolgens daalt deze.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Arousal

A

opwekking, opwinding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Sensatiezoekers

A

thrill-seeking - Zuckerman

lijken een hoge behoefte aan arousal te hebben. Mensen die behoefte hebben aan een hoog niveau van stimulatie.

Bijv. mensen die parachutespringen. Aanwezig bij sporters, zakenmensen, de wetenschap en kunst.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly