L’immobilier Flashcards
Een immokantoor
Une agence immobilière
Een vastgoedmakelaar
Un courtier immobilier
Een onroerend goed
Un bien immobilier
De vastgoedmarkt
Le marché de l’immobilier
De bouwpromotor
Le promoteur immobilier
Een commissie
Une commission
Een certificaat van aankoop
Une attestation d’acquisition
Een certificaat van eigendom
Une attestation de propriété
De eigenaar
Le propriétaire
De mede-eigenaar
Le co-propriétaire
Een eigendom
Une propriété
Een koper
Un acheteur/acquéreur
Een prijsklasse
Une gamme de prix
Een huis bezoeken
Visiter une maison
Beschikbaar
Disponible
Een verkoopovereenkomst
Un accord de vente
De notariskosten
Les frais de notaire
Het honorarium, ereloon
Les honoraires
Een hypothecaire lening
Un prêt hypothécaire
Het kapitaal terugbetalen
Rembourser le capital
Een terugbetaling, een vergoeding
Le remboursement
De grondbelasting
La taxe foncière, l’impôt foncier
Een architect
Un architecte
Een kostenraming
Un devis
Inspectie
Une inspection
Een aanvraag tot bouwvergunning
Une demande de permis de construire
Een vergunning om af te breken
Un permis de démolir
De oppervlakte
La superficie/surface
Het terrein
Le terrain
Een bouwgrond
Un terrain à bâtir 
Een meerwaarde
Une plus-value
Een waardevermindering
Une dépréciation