Kolom2 pages jaunes 20 Flashcards
1
Q
Vriendelijk
A
Amical, amicale
2
Q
Bang zijn
A
Avoir peur de
3
Q
Vanaf
A
Dès
4
Q
Anders
A
Différent
5
Q
De oorlog
A
La guerre
6
Q
Het gemiddelde
A
La moyenne
7
Q
Het cijfer
A
La note
8
Q
De vierde klas
A
La seconde
9
Q
Het profiel
A
La section
10
Q
De examenklas
A
La terminale
11
Q
De les
A
Le cours
12
Q
De bovenbouw
A
Le lycée
13
Q
Verplicht
A
Obligé
14
Q
Soms
A
Parfois
15
Q
Volgende
A
Prochain
16
Q
Blijven zitten
A
Redoubler
17
Q
Verlegen
A
Timide
18
Q
Een vriendschap
A
Une amitié
19
Q
Aankondigen
A
Annoncer
20
Q
Zoveel als
A
Autant que
21
Q
Soms
A
Des fois
22
Q
Samen
A
Ensemble
23
Q
Uiteindelijk
A
Finalement
24
Q
Hij zit
A
Il est assis
25
weggooien
jeter
26
de kinderjaren
l'enfance (v)
27
Je eindexamen halen
Obtenir le bac
28
huilen
pleurer
29
Genieten van
Profiter de
30
Bewijzen
Prouver
31
Vrienden maken
se faire des amis
32
zich herinneren
se rappeler
33
aan zee
au bord de la mer
34
bruin worden
se faire bronzer
35
een nachtmerrie
un cauchemar
36
een slaapzak
un sac de couchage
37
vrijwillerswerk
du travail volontaire
38
in zee zwemmen
se baigner dans la mer
