K Flashcards
kaal
chauve
de kaars
la bougie
de kaart
la carte
kalm
calme
de kamer
la salle, la pièce
de kampioen
le champion
het kantoor
le bureau
het kasteel
le château
de kerel
le gars, le mec, le dude
kerstmis
noël
kiezen
choisir
kijken (naar)
regarder
het kind
l’enfant
klaar
prêt (wij zijn klaar)
de klas
la classe
klagen
se plaindre (stop met de klagen)
de kleur
la couleur
klimmen
grimper
de klinker
la voyelle
de medeklinker
la consonne
knap
mignion, joli
koel
frais
koken
cuisiner, faire la cuisine
komen
venir
de kleren/kledij
les vêtements
de koning
le roi
de koningin
la reine
kopen
acheter
kosten
coûter
koud
froid (ik heb het koud)
de krant
le journal
krijgen
recevoir
het kruis
la croix
krullend
bouclé
de kunstenaar
l’artice
het kussen
le coussin
het hoofdkussen
l’oreiller
kussen
embrasser
de kust
la côte
kunnen
savoir
kennen
connaitre
de kennis
la connaissance
chauve
kaal
la bougier
de kaars
la carte
de kaart
calme
kalm
la salle, la pièce
de kamer
le champion
de kampioen
le bureau
het kantoor
le château
het kaastel
le gars, le mec, le dude
de kerel
Noël
Kerstmis
choisir
kiezen
regarder
kijken
l’enfant
het kind
prêt
klaar
la classe
de klas
se plaindre
klagen
la couleur
de kleur
grimper
klimmen
la voyelle
de klinker
mignon, joli
knap
frais
koel
cuisiner, faire la cuisine
koken
venir
komen
les vêtements
de kleren, kledij
le roi
de koning
la reine
de koningin
acheter
kopen
coûter
kosten
foird
koud
le journal
de krant
recevoir
krijgen
la croix
de kruis
bouclé
krullend
l’artiste
de kunstenaar
le coussin
het kussen
l’oreiller
het hoofdkussen
embrasser
kussen
la côte
de kust
kunnen
savoir
kennen
connaitre
la connaissance
de kennis
