Jurisprudentie BPR Flashcards

1
Q

De rechter mag niet ambtshalve eigen schuld vaststellen gezien het beginsel van hoor en wederhoor van art 6 EVRM. Hij mag wel het onderwerp ambtshalve aan de orde stellen, mits partijen vooraf de gelegenheid krijgen om zich hierover uit te laten.

A

Regiopolitie Gelderland Zuid/Hovax

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

In dit arrest was de vraag of de redelijke termijn van art 5 lid 1 EVRM is geschonden. De termijn was geschonden omdat de vertraging had kunnen worden voorkomen door het ingrijpen van de rechter en het overlijden van de raadsman van de eiser was niet te wijten aan de eiser. Criteria voor redelijk termijn:
1. Complexiteit zaak
2. Gedrag verzoeker
3. Gedrag instanties

A

Capuano/Italië

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

De rechter moet ambtshalve onderzoeken of een beding voor de consument onredelijk bezwarend is. Als dit het geval is dan moet het beding worden vernietigd, tenzij de consument zich hiertegen verzet.

A

Heesakkers/Voets

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Als een eiser in hoger beroep een beroep doet op matiging van een contractuele boete en dus opkomt tegen de toewijzing van een boete moet de Nederlandse rechter, ondanks het ontbreken van een grief, ambtshalve toetsen aan de richtlijn oneerlijke bedingen bevat. De toetsing moet wel binnen de rechtsstrijd vallen.

A

Ecebek/Stichting Trudo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Of de vordering was verjaard werd beoordeeld aan de hand van art 6 lid 1 en 2 EVRM. De Hoge Raad oordeelde dat wanneer de schade zich manifesteert na de verjaringstermijn van 30 jaar, een beroep op verjaring faalt en niet in strijd is met art 6 lid 1 en 2 EVRM

A

Heijnen/Maersk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Griffiefouten worden gelijkgesteld met geen inschrijving bij griffie, dit geldt ook voor een niet-bestaande rechtsdag art 125 Rv. Je mag maar 1 keer de roldatum uitstellen, ook als je meerdere keren een legitieme reden hebt.

A

Priore Medical/Van der Laan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Je kan een herstelexploot gebruiken als je een processuele fout wil herstellen art 120 Rv, een eiswijziging moet via art 130 Rv. Het staat de partij die de dagvaarding heeft doen uitbrengen in beginsel niet vrij deze rechtsdag voor het verschijnen ervan te wijzigen. Art 120 Rv moet streng geïnterpreteerd worden: het wachten op een second opinion voldoet niet aan de eisen van art 120 Rv.

A

Grapendaal/Nationale Nederlanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Als er een fout in de betekening (verkeerde dag/roldatum) is kan dit gebrek worden hersteld door toestemming van de wederpartij. Toestemming valt af te leiden door:
1. Art 125 lid 5 Rv: binnen twee weken na de dagvaarding vermelde roldatum een geldig herstelexploot uitbrengen.
2. De wederpartij komt opdagen /verschijnt in het geding en dat zij enkel principale verweren hebben gevoerd (dus niet in het eerste processtuk vermelden dat zij niet akkoord is dat de zaak op een andere dag dan de oorspronkelijk aangezegde dag is aangebracht).

A

Pots/Van Den Hoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Indien er een dwangsom wordt opgelegd bij overtreding in kort geding, en die overtreding vindt plaats, blijven de dwangsommen verschuldigd ook al wordt er in de hoofdzaak beslist dat er geen inbreuk werd gemaakt op het (octrooi)recht.
Eiser kan onrechtmatig handelen tegen gedaagde indien achteraf in de hoofdzaak wordt beslist dat er geen inbreuk is gemaakt op het (octrooi)recht en de eiser wel de gedaagde heeft gedwongen zich naar het verbod in het kortgeding vonnis te gedragen. Benadeelde heeft recht op schadevergoeding

A

Ciba Geigy/Voorbraak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Art 254 lid 1 Rv: geldvorderingen kunnen in kort geding gevorderd worden. Alleen condemnatoire vonnissen (geven, doen, nalaten) zijn geschikt voor een kort geding. Vereisten van toewijsbaarheid
1. Vordering op gedaagde is voldoende aannemelijk
2. Onverwijlde spoed een onmiddellijke voorziening is vereist
3. Restitutierisico
4. Financiële noodsituatie is niet vereist

A

M’Barek/Van der Vloodt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Art 128 jo 411 lid 2 Rv: exceptief verweer. Een exceptief verweer strekken ertoe dat de rechter op grond van de regels van zuiver processuele aard niet tot een inhoudelijke beoordeling van de rechtsbetrekking in geschil kan komen.

A

Staat/Van Galen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Partij heeft een verweer prijsgegeven indien dat uitdrukkelijk of stilzwijgend op ondubbelzinnige wijze geschied. Slechts niet verschijnen op de mondelinge behandeling is niet voldoende op te stellen dat de partij zijn verweren heeft prijsgegeven. Art 88 lid 2 Rv: uit het niet verschijnen op de mondelinge behandeling kan de rechter de gevolgtrekking maken die hij geraden acht. De rechter dient de beslissing ten minste zodanig te motiveren dat zij voldoende inzicht geeft in de daaraan grondslag liggende gedachtegang.

A

Janssen/Hobbelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Art 254 Rv: Een verklaring voor recht is niet geschikt voor een kort geding.

A

De vrouw/de man

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Het aanbod van getuigenbewijs valt onder het beginsel van hoor en wederhoor: de andere partij moet in beginsel ook een ondervragingsmogelijkheid krijgen
Vereisten voor bewijsaanbod:
1. Moet zien op betwiste feiten die tot beslissing van de zaak kunnen leiden
2. Voldoende specifiek: je moet kunnen vertellen waarover ze gaan verklaren
3. Prognoseverbod: de rechter mag niet van tevoren ‘beslissen’ of het getuigenverhoor iets zal gaan

A

VPN/Havrij

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Art 21 Rv: waarheidsplicht. Het bewust verzwijgen van relevante feiten kan fataal zijn voor een vordering of verweer. De plicht is niet symbolisch en moet worden nageleefd.

A

E/V

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

De bepalingen voor beslag gelden voor IE-zaken zijn ook te passen op niet-IE zaken, maar indien je iets claimt wat niet in het wetboek staat, geldt er een hogere stelplicht. Er mag geen sprake zijn van fishing expedition. Ook kan de rechter verlof geven in afwachting van een prejudiciële beslissing van de Hoge Raad

A

Molenbeek/Begeer

17
Q

Omkeringsregel in risicoaansprakelijkheden van het BW. Omkeringsregel: als zich een typisch gevolg verwezenlijkt, dat onder de beschermingsreikwijdte van de wettelijke risicoaansprakelijkheid valt, is de toepassing van de omkeringsregel goed denkbaar

A

Vivat/ATF

18
Q

Omkeringsregel criteria:
1. Er is sprake van een onrechtmatige daad of wanprestatie
2. Er is sprake van een normschending
3. Deze norm strekt tot bescherming tegen een specifiek gevaar
4. Het gevaar waartegen de norm bescherming biedt is verwezenlijkt
Indien aan de vereisten is voldaan levert dit een bewijsvermoeden op voor het bestaan van causaal verband. De wederpartij kan wel tegenbewijs leveren en aantonen dat, indien zij hadden voldaan aan de zorgvuldigheidsnorm, de schade alsnog was ingetreden.

A

TFS/NS

19
Q

Art 31 Rv: rectificatie. Tegen rectificatie staat in beginsel geen rechtsmiddel vrij tenzij er essentieel vormverzuim heeft plaatsgevonden. Dit is bijvoorbeeld het geval indien er een zaak bij de kantonrechter gevierd is terwijl dit bij de civiele rechter moest

A

Staat/Princeville

20
Q

Indien de eindbeslissing berust op een onjuiste juridische of feitelijke grondslag die ertoe zou leiden dat het hof op een ondeugdelijke grondslag einduitspraak zou moeten doen mag de rechter afwijken van de eindbeslissing. De eindbeslissing moet niet vervat zijn in een eindvonnis.

A

De Vries/Gemeente Voorst

21
Q

In beginsel geldt dat een eiswijziging in hoger beroep nog mogelijk is op grond van art 130 lid 1 Rv jo. 353 Rv, echter deze wettelijke grondslag voor de eiswijziging in hoger beroep ex art 353 lid 1 jo. Art 130 lid 1 Rv wordt door de twee-conclusie regel ex art 347 lid 1 Rv beperkt. Met dien verstande dat een eiswijziging niet meer mag geschieden nadat de memorie van antwoord is geweest.
Art 347 lid 1 Rv: grieven die na de memorie van grieven/antwoord worden aangevoerd en eisverandering/vermeerdering worden niet behandeld door de rechter, tenzij:
1. De wederpartij hiermee ondubbelzinnig mee heeft ingestemd
2. Indien de aard van het geschil meebrengt dat in een later stadium nog een nieuwe grief of eisverandering/vermeerdering kan plaatsvinden
3. Indien de nieuwe grief of eisverandering/vermeerdering ertoe strekt om te voorkomen dat het geschil wordt beslecht aan de hand van achterhaalde of onjuist gebleken gegevens.

A

Wertenbroek/Van den Heuvel/Van Vlerken

22
Q

Ook als er geen grief is gevoerd tegen de onredelijk bezwarendheid van een beding moet de rechter toch ambtshalve toetsen of dit het geval is, mits het valt binnen de rechtsstrijd.

A

Ebecek/Stichting Trudo

23
Q

Mogelijkheden voor tussentijds hoger beroep:
1. Art 337 lid 1 Rv: indien er een voorlopige voorziening is getroffen of geweigerd
2. Art 337 lid 2 Rv: indien de rechter dat heeft bepaald
3. Indien in een eerder tussenvonnis de rechter de mogelijkheid voor een tussentijds beroep niet heeft opengesteld maar die mogelijkheid wel heeft opengesteld voor een later tussenvonnis mag ook het eerdere tussenvonnis betrokken worden
4. Indien er sprake is van een deelvonnis mag tegen het deel want een eindvonnis is tussentijds hoger beroep worden ingesteld

A

Eisers/Gemeente Borger-Osdoorn

24
Q

Een mondelinge behandeling mag alleen onder zeer uitzonderlijke omstandigheden worden afgewezen:
1. Indien de wederpartij klemmende redenen aanvoert tegen de toewijzing van het verzoek
2. Indien het verzoek strijdig zou zijn met de goede procesorde

A

Van der Zwan/Verweerders

25
Q

Art 236 lid 1 Rv: gezag van gewijsde mag niet ambtshalve worden toegepast.

A

Eisers/Verweerders

26
Q

Indien je een verweer voert die van invloed had kunnen zijn op de bindende eindbeslissing en je had dit verweer ook voor de bindende eindbeslissing kunnen voeren, had je dit moeten doen. Het is in strijd met de goede procesorde en de kader-afbakening om dit verweer dan alsnog te voeren.

A

B/F

27
Q

Beslag op toekomstige huurpenningen uit een bestaande huurovereenkomst is mogelijk. Eerder beslag bij voorbaat op toekomstige huurpenningen blijft doorlopen ten nadele van de verhuurder van die zaak.

A

Van Berkel/Tribosa

28
Q

Art 700 lid 3 Rv: een kort geding wat strekt tot een voor tenuitvoerlegging vatbaar vonnis kan worden beschouwd als een eis in hoofdzaak.

A

Ajax/Reule

29
Q

De voorzieningenrechter hoeft niet zo precies te oordelen zoals de bodemrechter dat zal doen. Wel moet de voorzieningenrechter rekening houden met de belangen van de partijen en kijken naar de kansen van de bodemprocedure. Ook neemt de voorzieningenrechter het waarschijnlijke oordeel mee in afweging maar hij hoeft zich daar niet door te laten leiden

A

Bijl/Van Baalen

30
Q

De bepalingen voor beslag gelden voor IE-zaken zijn ook te passen op niet-IE zaken, maar indien je iets claimt wat niet in het wetboek staat, geldt er een hogere stelplicht. Er mag geen sprake zijn van fishing expedition. Ook kan de rechter verlof geven in afwachting van een prejudiciële beslissing van de Hoge Raad. Art 730 jo. 843a Rv biedt voldoende grondslag voor het conservatoir bewijsbeslag, ook in niet IE zaken

A

Molenbeek/Begeer

31
Q

Criteria om te beoordelen of een bij een uitvoerbaar bij voorraad verklaarde uitspraak geschorst kan worden ingevolge art 234, 235 jo. 251 Rv:
1. De eiser moet belang hebben bij de opheffing van een uitvoerbaar bij voorraad verklaarde uitspraak
2. Belangenafweging tussen eiser en gedaagde
3. Bij de belangenafweging moet de kans van slagen van het aangewende rechtsmiddel buiten beschouwing blijven

A

Strandhotel

32
Q

Beslag leidt niet tot beschikkingsonbevoegdheid van de beslagene. Beslaglegger kan zich nog wel verhalen op het goed indien er voldaan is aan de vereiste van art 453a jo. 712 Rv.

A

Forward/Huber