Johnstone - Clientacceptatie

Question 1

Aanleiding artikel

Answer 1

Rechtszaken n.a.v. klantacceptatiesprocessen
N.a.v. niet goed in kaartbrengen van klantrisico’s ontstaan er verlieslatende contracten. Dit levert ook meerwerk op waarover de klant dan weer ontevreden kan zijn.

Question 2

Onderzoeksdoelstelling

Answer 2

In kaart brengen hoe de cliënt acceptatie t.a.v. een controle-opdracht werkt

Question 3

Twee verschillende fasen (check ook schema)

Answer 3

1. Risico evaluatie fase
2. Risico adaptie fase (aanpassingstrategie als reactie op risico)

Question 4

Onderzoeksmethode

Answer 4

Empirisch onderzoek –> 137 (ervaren) partners zijn geïnterviewd. Maarja, wat is ervaren?

Question 5

Johnstone onderscheidt 3 soorten risico’s

Answer 5

• Client Business Risk. Risicoprofiel van de klant. Hierbij wordt gekeken naar de situatie van de klant. Hierbij kan gekeken worden naar financiële ratio’s, interne controlestructuur, managementgedrag en trends.
• Audit Risk. Dit is de kans op foutief oordeel. Dit kan komen door een tekort aan kennis, een korte engagement timing en de hoeveelheid concurrentie.
• Accounting Business Risk. Dit is de kans op een verlieslatende opdracht. Hierbij wordt gekeken naar de kans op een geschil en de winstgevendheid van de opdracht.

Question 6

3 strategieën om de risico’s te mitigeren

Answer 6

• Screenen van cliënt obv hun risico karakteristieken
• Screenen van cliënt obv auditor’s business risk als mediator –> risico dat accountantskantoor verlies leidt
• Proactief aanpassen door gebruik te maken van risicoadaptie strategieën
  o Fee aanpassen
  o Toewijzen van personeel
  o Aanpassen van hoeveelheid verzamelde data tijdens acceptatie

Question 6

Uitkomsten van het artikel

Answer 6

• Audit risk (kans op foutief oordeel) beïnvloedt de cliënt business risk (Risicoprofiel cliënt), en de cliënt business risk beïnvloedt de auditor’s business risk (kans op verlieslatende klant). Als je een foutief oordeel geeft, heeft dit effect op de situatie bij de klant en dat heeft effect op de verlieslatende contracten (meerwerk wordt bijvoorbeeld niet vergoed).
• De relatie van auditor’s business risk met audit risk is sterker dan de relatie van audit risk met cliënt business risk. Zie je een groter risico op een foutief oordeel, dan zie je ook een groter risico op een verlieslatend contract. Deze relatie is sterker dan die tussen audit risk en client business risk.
• Partners houden wel rekening met auditor’s business risk als organisaties worden gescreend op audit risk en cliënt business risk. Verschillende accountants komen hiermee tot verschillende klant-acceptatie beslissingen. Als je expertise hebt, is je risico-inschatting beter.
• Partners gebruiken geen proactieve risicobeheersing strategie om de effecten van risico’s te verminderen. Ethiek speelt hiermee een rol. Elke klant heeft recht op een controle, iemand moet ja zeggen.

Question 6

Wat is een observatie van Johnstone?

Answer 6

Partners gebruikten geen/weinig proactieve risicobeheersing strategieën om cliënten die risicovol zijn meer acceptabel te maken. De risico’s worden liever vermeden, dan het aanpassen van de situatie om het risico te verlagen.

Question 6

Welke standaarden behoren bij het artikel van Johnstone?

Answer 6

Standaard 200 –> Algehele doelstellingingen van de onafhankelijke accountant –> Hierbij gaat het over het controle risico, wat exact overeenkomt met de definitie van Johnstone
Standaard 210 –> Overeenkomen van de voorwaarden van de controleopdracht –> Randvoorwaarde voor de controle, hierbij gaat het over het klantacceptatieproces

Question 6

Wat zou je nog in de standaarden verwachten wat je niet ziet terugkomen?

Answer 6

Risico’s worden in de standaarden niet gecatogoriseerd.
Er wordt niet ingegaan hoe je de risico’s gezamenlijk bekijkt, enkel individueel.