Introductie Flashcards
Hello, Who are you?
Hallo, Wie ben jij?
What’s your name?
Hoe heet je? / Wat is je/jouw naam?
Hoe heet je? /
Wie ben jij? /
Wat is je/jouw naam?
Ik heet Aida (informeel)/
Ik ben Aida (informeel)/
Mijn naam is Aida (formeel)
Name / Last name
Voornaam / Achternaam
Where do you live?
Waar woon jij?
I come from Mexico
Ik kom uit Mexico
Where do you come from?
Uit welk land kom jij? / Waar kom jij vandaan?
Where were you born?
War ben jij geboren?
I was born in GDL
Ik ben geboren in Guadalajara
What do you do?/ What’s your profession?
Wat doe jij? / Wat is jouw beroep?
I study….. I work
Ik werk. ik ben… Ik studeer. Ik ben student Ingenieur
What languages do you speak?
Welke talen spreek jij?
I speak English, Spanish, French, German and a little bit of Dutch
Ik spreek Engels, Spaans, Frans, Duits en een beetje Nederlands
How do you say that in Dutch?
Hoe zeg je..dat.. in het Nederlands?
How do you write that?
Hoe schrijf je dat?