interbellum / Duitsland van democratie naar dictatuur Flashcards

1
Q

anschluss

A

aansluiting van Oostenrijk bij Duitsland (1938)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

antisemitisme

A

jodenhaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

appeasementpolitiek

A

vrede bewaren door conflicten te vermijden en toe te geven aan mogelijke vijanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Arisch

A

Germaans, blank en niet joods (begrip uit rassenleer van de nazis)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

beurskrach

A

plotselinge sterke daling van de aandelenkoersen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

bezetten

A

als een leger een gebied veroverd en de bevolking in bedwang houd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

bund deutscher Mädel

A

onderdeel van de Hitlerjugend voor meisjes van 10 tot 18 jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

concentratiekamp

A

gevangenenkamp voor (politieke) tegenstanders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

conferentie van München

A

conferentie in München waarin de Britse en de franse regeringsleiders toegaven aan de eisen van hitler over Sudetenland (1924)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

dawesplan

A

plan met Amerikaanse leningen aan Duitsland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

demilitarisme

A

het opheffen van (delen van) het leger

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

dolkstootlegende

A

complottheorie dat Duitsers de eerste wereldoorlog niet hadden verloren, maar was verraden door de sociaal-democratische leiders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

fuhrerprincipe

A

regel dat ondergeschikte hun meerderen volledig moeten gehoorzamen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

gelijkschakeling

A

aanpassing aan een totalitaire overheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

gestapo

A

geheime politie van de nazi’s (geheime staats politie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

heim ins reich

A

hitlers politiek om alle om alle Duitstaligen in het Duitse rijk te vernietigen

17
Q

herbewapening

A

opnieuw van wapens voorzien

18
Q

herstelbetaling

A

betaling voor herstel van toegebrachte schade

19
Q

hitlerjugend

A

naziorganisatie voor Duitse jongeren van 10 tot 18 jaar oud

20
Q

inflatie

A

het minder waard worden van geld

21
Q

kristallnacht

A

door de nati’s georganiseerde actie gericht tegen joodse bevolking (9 nov 1938)

22
Q

lebensraum

A

hitlers idee dat het Duitse volk meer ruimte nodig heeft

23
Q

nazi

A

nationaal socialist

24
Q

NSDAP

A

partij van hitler (nationaalsocialistische Duitse arbeiders partij)

25
rassenleer
theorie van de nazis over verschillen tussen 'mensenrassen'
26
rassenwetten
Duitse antisemitische wet waarin ondermeer werd bepaald dat joden geen Duitsers waren (1935)
27
republiek van weimar
naam van de Duitse democratische republiek van 1919 tot 1933
28
SA
partijleger van de NSDAP (Sturmabteilung)
29
SS
elitetroepen van hitler (Schutzstaffel)
30
staatsgreep
plotselinge gewelddadige overname van macht
31
volkenbond
in 1919 opgerichte volkenorganisatie waarvan Duitsland in 1926 lid werd
32
verdrag van versailles
vredesverdrag waarmee de eerste wereldoorlog werd afgesloten