Immuunsuppresiva Flashcards

1
Q

Hydroxychloroquine (Plaquenil)

A

Anti-malaria middelen

W: maakt de pH in de macrofagen hoger (meer basisch) waardoor veranderde interactie tussen T-helper en antigeen presenterende cellen.

Bw:

Hoofdstuk 51

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Infliximab (Flixabi, Remicade, Zessly, Inflectra)

A

Monoklonaal antilichaam tegen TNF alpha

W: doordat TNF-alpha infiltmatieprocessen aanstuurt zorgt.

D: intraveneus. 5 - 20 dagen half life.

Bw:

  • GI: N, V, dyspespsie
  • Hypersensitiviteit en lokale reactie
  • Afwijkend bloedbeeld: anemie, leukopenie of trombocytopenie
  • Hartfalen exacerbatie
  • Tuberculosis / hepatitis B opvlamming.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Adalimumab (humira)

A

Monoklonaal antilichaam tegen TNF alpha

W: doordat TNF-alpha infiltmatieprocessen aanstuurt zorgt.

D: intraveneus. 5 - 20 dagen half life.

Bw:

  • GI: N, V, dyspespsie
  • Hypersensitiviteit en lokale reactie
  • Afwijkend bloedbeeld: anemie, leukopenie of trombocytopenie
  • Hartfalen exacerbatie
  • Tuberculosis / hepatitis B opvlamming.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Cyclosporine (Neoral)

A

Calcineurineremmer

W: vormt een complex in het cytoplasma om calcineurine te inhiberen waardoor verminderde T-cel activatie

Bw:

  • Nefrotoxiciteit, acuut door renale vasocontrictie, chronisch door tubulaire fibrose
  • Hypertensie
  • Leverproefstoornissen
  • Toegenomen haargroei en tandvleeshyperplasie
  • Hyperkaliëmie, HypoMg
  • CYP3A4 interacties oppassen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Tacrolimus (Advagraft, prograft)

A

Calcineurineremmer

W: vormt een complex in het cytoplasma om calcineurine te inhiberen waardoor verminderde T-cel activatie

Bw:

  • Nefrotoxiciteit, acuut door renale vasocontrictie, chronisch door tubulaire fibrose
  • Leverproefstoornissen
  • Pleurale en pericard-effusies.
  • Toegenomen haargroei en tandvleeshyperplasie
  • Hyperkaliëmie, HypoMg
  • CYP3A4 interacties oppassen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Sirolimus (rapamune)

A

Rapamycine-remmer

W: binden uiteindelijk aan dezelfde receptor als tacrolimus waardoor verminderde T-cel activatie en proliferatie.

Bw:

  • Oedeem, ascites, pleurale effusie
  • Tachycardie, hypertensie
  • DVT
  • Anemie, trombocytopeni, neutropenie
  • HypoK, hypoP, HyperG
  • CYP3A4 interactie
  • Osteonecrose
  • Diarree, misselijkheid, buikpijn
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Azathioprine (immuran)

A

Immunosuppresiva (proliferatieremmers)

W: incorporatie in het DNA van lymfocyten waardoor dysfunctie en staken van de proliferatie. Zowel antilichaamproductie als cellulaire afweer onderdrukt

Bw:

  • Beenmergsuppresie (leukopenie en trombocytopenie)
  • Hypersensitivteit: malaise, duizeligheid, braken, diarree, koorts, myalgie, artralgie, uitslag en hypotensie
  • Oppertunistische infecties
  • Alopecia
  • Interactie met allopurinol (dosisreductie 75%)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Cyclofosfamide (endoxan)

A

I: immuunsuppresie (lage dosis), kankertherapie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Mycofenolaatmofentil (CELLCEPT)

A

Immunusuppresiva (proliferatieremmer)

W: door inductie van een enzym geen beschikbaarheid over guanine-nucleotide waardoor staken proliferatie van lymfocyten (B en T-cellen) doordat deze van de novo synthese afhankelijke zijn.

Bw:

  • N, V, diarre, pancreatitis, hepatitis
  • Hypertensie, oedeem, tachycardie
  • Beenmergsuppresie
  • Oppertunistische infecties
  • Groter risico huidkanker
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly