Hoorcollege 9 - Slaap Flashcards

1
Q

Biologische klok

A

reguleert biologische processen en zit diep in hersenen
zorgt ervoor dat lichaam een natuurlijk ritme volgt = bioritme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Circadiaan ritme

A

Ritme wat we op een typische dag volgen
cyclus: 24 uur, slaap-waakritme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Zeitgebers

A

Externe signalen (licht van zon)
Hierdoor past de flexibele biologische klok zich aan aan de externe wereld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waar bevindt de biologische klok zich?

A

suprachiasmatische kern (SCN)
in hypothalamus
‘dirigent’ die alle andere ritmes dirigeert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn intrinsically photosensitive retinal ganglion? En waar zorgen ze voor?

A

lichtgevoelige cellen in de ogen, die reageren op blauw licht (krijg je van de zon)
door info van deze cellen weet SCN wanneer tijd is om te slapen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Retinothalamische kanaal

A

Via hier sturen de intrinsically photosensitive retinal ganglion signalen naar SCN

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat beïnvloedt de SCN

A

Licht (blauw)
singalen van thalamus en raphekernen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Is de SCN de verantwoordelijke voor het slaap gedrag?

A

Nee, het stuurt signalen naar andere systemen in lichaam die dit gedrag beïnvloeden.

vb:
afgifte van melatonine
corticosteroïde > activeert sympathische zenuwstelsel > lichaam alert en klaar voor actie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Slaap

A

Biologische aanpassing
herstellend proces
Geheugenopslag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat gebeurt er tijdens de slaap?

A

Herinneringen verwerkt en opgeslagen.
Hersenen herhalen patronen van activiteiten die we overdag hebben geleerd > consolidatie herinneringen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wanneer worden herinneringen verwerkt en opgeslagen?

A

Tijdens de N-REM-slaap en de REM-slaap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Sleep memory storage-theorie

A

De herhaling van gebeurtenissen helpt om ze te verankeren in het geheugen en te verspreiden naar relevante hersengebieden > daar geïntegreerd met eerder geleerde info

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Synaptic homeostasis-theorie:

A

slaap brengt onze terug naar hun ruststand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

grofweg 2 fasen van slaap:

A

non-REM (N-slaap)
REM-slaap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Tijdens de nacht doorlopen we de fasen in een cyclus van ongeveer … minuten, met per nacht zo’n … cycli

A

90
5

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Fase W: Wakker

A

De hersenen vertonen snelle beta-golven (15-30Hz) bij alertheid
en langzame alpha-golven (7-11Hz) in rust

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Fase N1: Lichte slaap:

A

Begin van dominerende theta-golven (4-11 Hz)
Spieren enigzins actief, soms rollende ogen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Fase N2: Slaap:

A

Slaap verdiept zich
Sleep spindles
K-complexen
> geheugenvorming en reguleren van activiteit in de hersenschors

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Fase N3: Diepe slaap

A

Langzame delta-golven (1-3 Hz)
Spieren enige spanning, geen oogbewegingen

20
Q

REM-slaap (Rapid Eye Movement)

A

beta golven
droomslaap
volledige spierontspanning
korte schokkende bewegingen (om te voorkomen dat we dromen uitvoeren)

21
Q

Wat zijn de functies van de Non-REM-slaap?

A

herstellende functies
lichaamstemperatuur, hartslag en bloeddruk daalt
groeihormonen nemen toe
slaapwandelen/praten

22
Q

REM-slaap

A

lichaam reguleert temperatuur niet meer
lichamelijke schokken
droomactiviteit

23
Q

Functie van dromen
Activatie-synthese-theorie:

A

Dromen zijn een willekeurige verzameling beelden en emoties die de cortex creëert obv signalen uit de hersenstam, zonder dat er een diepere betekenis achter zit

24
Q

Functie van dromen
Coping-theorie:

A

Dromen helpen ons om problemen op te lossen.

25
Q

Welk hersengebied speelt een rol in het reguleren van overgang tussen slaap en waakzaamheid?

A

Reticular Activating System (RAS)

26
Q

RAS Reticular Activating System

A

Netwerk van neuronen in de hersenstam
Stuurt projecties naar delen hersenschors om hem te activeren
> zo blijven we wakker en alert

als RAS geactiveerd word > wakker worden
minder actief > in slaap vallen

27
Q

Door welke neurotransmitters is RAS te gebruiken?

A

Noradrenaline
Acetylcholine
Serotonine
Histamine

28
Q

Welke twee paden voor arousal en bewustzijn zijn er?

A
  1. Dorsaal pad via de thalamus
  2. Ventraal pad: bewustzijn en bewustzijnstoestanden
29
Q

Pad voor arousal en bewustzijn
1. Dorsaal pad via thalamus

A

stuurt signalen naar thalamus
> blijven we alert en wakker

beschadiging > bewustzijnsstoornissen (coma)

30
Q

Pad voor arousal en bewustzijn
2. Ventraal pad voor bewustzijn en bewustzijnstoestanden

A

subpad 1: bia basal forebrain naar cortex:
door acetylchloline beta-golven in hersenen stimuleren
> alertmaar zonder intensief bezig te zijn

subpad 2: via raphe nucleus naar cortex
door serotonine beta-golven stimuleren
> reguleren van motorische activiteit en alertheid

31
Q

Insomnie

A

slaapstoornis
moeite met in slaap vallen of blijven

32
Q

Hypersomnie

A

slaapstoornis
overmatige slaperigheid

33
Q

Parasomnie

A

slaapwandelen en nachtmerries

34
Q

3 soorten slaap bij baby’s

A

Actieve slaap: later REM-slaap
Rustige slaap: later NREM-slaap
Onbepaalde slaap: niet actief, niet rustig

35
Q

Wanneer begint slaap van baby’s duidelijk te differentiëren?

A

Na 2 maanden

36
Q

Wanneer verschijnen bij baby’s sleep spindles?

A

rond 12 weken

= korte uitbarstingen van hersenactiviteit, verband met vorming herinneringen en cognitieve ontwikkeling

37
Q

Wanneer ontstaan K-complexen?

A

rond 5 maanden

= helpen bij in stand houden van diepe slaap en reguleren hersenactiviteit tijdens slaap

38
Q

Wanneer is er een merkbare daling in REM-slaap?
Wanneer bereikt de REM-slaap een volwassenen niveau?

A

2 tot 3 jaar
5 jaar

39
Q

Vanaf wanneer neemt de NREM3 (slow-wave-slaap) toe?

A

vroege kinderjaren tot puberteit
daarna neemt hij af

40
Q

Waar is de NREM3 bij betrokken?

A

synaptische pruning en myelinisatie van zenuwbanen

41
Q

Meisjes vertonen meer slow-wave activiteit in hersengebieden die betrokken zijn bij …

Jongens vertonen meer slow-wave activiteit in hersengebieden die betrokken zijn bij …

A

taal

ruimtelijke vaardigheden

42
Q

Slow-wave activiteit verschuift met de leeftijd van … naar …

Dit is een teken van …

A

posterieure locatie (achteraan)
anerieure locatie (vooraan)

hersenrijping

43
Q

Slaappatroon en puberteit

A

door sociale, culturele en biologische veranderingen verandert het slaapritme van een puber.

44
Q

Neurologisch niveau van slaap tijdens puberteit

A

afname in delta- en theta-power in hersengolven

45
Q
A