Hoorcollege 8: Begripsvaliditeit Flashcards
Wat is validiteit?
De mate waarin de test aan zijn doel beantwoordt.
Meet je wat je wilt meten?
Waar of niet waar:
Testgebruik kan valide zijn, een test op zichzelf niet
Juist
Begripsvaliditeit (construct validity)
In hoeverre is het hypothetisch begrip verantwoordelijk voor de testscore?;
Wat meet mijn test precies?
Wetenschappelijk onderzoek
Criteriumvaliditeit
Hoe goed voorspelt een test gedrag of prestatie buiten de testsituatie (criterium in heden, verleden of toekomst).
Kan ik mijn test gebruiken om iets anders te voorspellen?
Praktisch gebruik van een test.
Waaruit bestaat begripsvaliditeit?
- Inhoud van de test
- Samenhang van de testonderdelen
- Responsprocessen
- Consequenties van testgebruik
- Samenhang met andere constructen
Inhoudsvaliditeit (=content validity)
Inhoud van de items moet aansluiten bij het te meten construct;
Alle belangrijke aspecten van het construct moeten voldoende aan bod komen.
Kan alleen door wetenschappers etc. Niet door leken!
Face validity
Inhoudsvaliditeit zoals beoordeeld door leken (algemeen publiek)
Wat kun je zeggen over het verband tussen inhoudsvaliditeit en face validity?
Goede inhoudsvaliditeit zorgt voor face validity, maar niet andersom!
Wat verwachten we als alle items dezelfde eigenschap meten?
Een positive manifold –> positieve correlaties tussen alle items
Welke twee soorten testen zijn er?
- Typical performance tests (tests voor gedragswijze)
- Maximum-performance tests (tests voor prestatieniveau)
Welke responsprocessen zijn er bij de typical performance tests?
- Sociale wenselijkheid
- Instemmendheid (acquiescence)
- Extreme vs. milde responsstijl
Deze responsstijlen beïnvloeden validiteit
Welke responsprocessen zijn er bij maximum performance tests?
- Maximale inzet bij het oplossen van een vraagstuk
- Eén weg naar de oplossing (iedereen doorloopt zelfde responsproces)
- Volgens van het juiste pad leidt tot het goede antwoord (niet meerdere oplossingen mogelijk)
Als dit niet op gaat, gaat dat ten koste van de validiteit van de meting
Juist of onjuist: Verkeerd of oneerlijk gebruik van een test zorgt altijd voor een niet valide meting
Juist
Wat is een nomologisch netwerk?
Een netwerk waarin we de samenhang tussen verschillende psychologische eigenschappen weer proberen te geven.
Welke soorten validiteit zijn er (samenhang andere constructen)?
- Convergent validity = de testscore hangt sterk samen met scores op tests die hetzelfde construct meten. De testscore hangt ook samen met scores op tests die gerelateerde constructen meten.
- Discriminant validity = De testscore hangt niet samen met scores op tests die ongerelateerde constructen meten