Hoorcollege 3 Flashcards
Penzugyi Lizing/ Schneider
De nationale rechter ambtshalve moet onderzoeken of het beding binnen de werking van de richtlijnen valt en hij moet ambtshalve het beding inhoudelijk toetsen waarbij hij zelf feitelijk mag beoordelen of het bewuste beding al dan niet onredelijk bezwarend is
Heesakkers/Voets
In het geval van een consumentenovereenkomst dient de rechter ook ambtshalve te onderzoeken, zo nodig buiten de rechtsstrijd van partijen om, of het beding uit een overeenkomst oneerlijk voor die consument is indien hij over de daartoe noodzakelijke gegevens beschikt om te vermoeden dat het beding onder het bereik van de regeling valt.
Art. 6:233 BW moet richtlijn conform worden geïnterpreteerd en daarom is er sprake van een ambtshalve vernietiging.
Vordering tot nakoming
art. 3:296 BW –> Pacta sunt servanda
Je kan naar de rechter stappen zodat de schuldenaar wordt veroordeeld tot het verrichten. Toerekenbaarheid van de tekortkoming is niet vereist.
Reele executie
Zodanig tenuitvoerlegging van een veroordeelden vonnis dat de schuldeiser krijgt waar hij recht op heeft
1) directe reele executie
buiten de persoon van de schuldenaar om geschiedt
2) indirecte reele executie
de executie door de schuldenaar zelf geschied
Verjaring
art. 3:307 lid 1 BW vijf jaar vanaf de dag volgend op die waarop de vordering opeisbaar is geworden
Wanneer moet worden nagekomen?
1) verbintenissen waarin geen termijn voor nakoming is opgenomen (art. 6:38 BW)
- Schuldenaar mag terstond nakomen
- Schuldeiser kan terstond nakoming eisen
2) Verbintenissen waarin wel een termijn voor nakoming is opgenomen (art. 6:39 llid 1 BW)
- De schuldenaar mag eerder nakomen
- De schuldeiser kan niet vorderen dat voor het verstrijken van de termijn wordt nagekomen
Waar moet worden nagekomen?
art. 6:41 BW
Aflevering van de individuele plaats, daar waar zij zich bij het ontstaan van de verbintenis bevond en bij een naar soort bepaalde zaak, daar waar de schuldenaar zijn woonplaats, beroep of bedrijf heeft
Plaza gebouw
Het vorderen van nakoming is bij een tekortkoming in beginsel het uitgangspunt, maar de redelijkheid en billijkheid kan hier een uitzondering op maken, namelijk wanneer de gerechtvaardigde belangen van de wederpartij dat vergen.