Hoofdstuk 8 Conscious and unconscious Flashcards

1
Q

signaal detectie theorie

A

stelt dat de onderscheiding van een interessante stimulus (signaal) tussen oninteressante stimuli (ruis) gebaseerd is op een menselijk detectiemechanisme waarin sensitiviteit en criterium signaaldetectie kunnen beïnvloeden. Volgens de SDT bestaan er twee abstracte werelden, één waarin slechts ruis bestaat en één waarin er naast ruis ook signaal bestaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

subjective threshold

A

het detectieniveau waarop proefpesonen beweren niet in staat te zijn om perceptuele informatie beter te onderscheiden dan een kansniveau

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

objective threshold

A

het detectieniveau waarop perceptuele informatie feitelijk wordt onderscheiden op een kansniveau

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

vision-for-action pad

A

Snel informatie verwerken om objecten te koppelen aan het zelf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

vision-for-perception pad

A

Wordt gebruikt om objecten te kunnen vergelijken en heeft dus meer verwerkingstijd nodig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

visual form agnosia

A

Niet in staat om de vormen van objecten te herkennen met behulp van zicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

blindsight

A

Patiënten die op latere leeftijd blind worden aan één oog en nog wel informatie vanuit dat oog verwerken. Ze kunnen echter niks zien met dat oog.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly