Hoofdstuk 6 Flashcards

1
Q

Noem de drie vrijetijdsdomeinen.

A

Vraagzijde (vanuit handeling personen), aanbodzijde (vanuit accommodaties en faciliteiten) en beleid (vanuit de overheid)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke twee benaderingen van vrijetijd zijn er?

A

Objectief en subjectief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Noem de drie onderwerpen van hoe vrijetijd gezien kan worden.

A

Tijd, gedrag en beleving.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke drie vragen kan je jezelf stellen om achter de vrije tijd als tijd, gedrag en beleving te komen?

A

Tijd: Hoeveel vrijetijd heeft iemand?
Gedrag: Wat doet iemand in zijn vrijetijd?
Beleving: Hoe beleeft iemand zijn vrijetijd?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de afkorting, en wat doet het bureau ‘SCP’?

A

Sociaal en cultureel planbureau. Het is een van de belangrijkste instellingen in Nederland die onderzoek doet naar wat we doen in onze vrijetijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

In welke vier onderdelen heeft de SCP ‘vrijetijd’ onder verdeeld?

A

Mediagebruik, sociale contacten, recreatieve en ontspannende activiteiten & maatschappelijke participatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Aan welk onderdeel van de vier onderdelen volgens het SCP besteden wij het meeste en het minste tijd aan?

A

Meeste: mediagebruik
Minste: maatschappelijke participatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke twee organisaties naast SCP doen nog meer onderzoek naar vrijetijdsbesteding?

A

CBS en NBTC

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly