hoofdstuk 6 Flashcards
1
Q
soorten water: (3)
A
- hemelwater
- gebouwafvalwater: grijs (huishoudt), zwart (fecaal)
- BH= behandeld water
2
Q
lezen van water: op privé terrein (4)
A
- infiltratie in de grond
- rechtstreekse lozing verbonden
- RWA: lozing niet- verontreinigd hemelwater
- DWA: lozing v. huishoudelijk afvalwater
3
Q
lezen v. water openbaar domein (3)
A
- openbare rioleringen: kan bestaan uit 1 afvoer RWA en DWA samen zijn dit aan het veranderen naar 2 afvoeren
- oppervlaktewater: kustwater, rivieren, grachten
- kunstmatige regenafvoerwegen; goten, sloten
4
Q
GSV=
A
De gewestelijke stedenbouwkundige verordening
5
Q
nieuwe GSZ hemelwater 15juli 2022 (6)
A
- verhogen min volumes HW putten
- verplichten plaatsen HW put bij verhuring
- HW maximaal gebruiken
- groter buffervolume en infiltratie opp vd verplichte infiltratievoorziening
- groter buffervolume voor grote verharde opp
- mogelijke verplichting om HW collectief op te nemen
6
Q
zuivering v. afvalwater -> sterk vereenvoudigd (4)
A
- niet vervuil water v. afvalstoffen= niet te zuiveren
- wel vervuild= te zuiveren
- optimale werking zuiveringsstation
- bij te grote volumes= overstort zonder zuivering
7
Q
lozing hemelwater (4)
A
1 opvangen en hergebruik
2 infiltreren op eigen terrein
3 verplicht bufferen en vertraagd afvoeren
4 keuring riolering voor er kan aangesloten wordt
8
Q
keuring vd privé waterafvoer (4)
A
- 1ste ingebruikname
- bij belangrijke wijzigingen
- na vaststellen inbruik
- bij aanleg gescheiden riolering
9
Q
reglementering (3)
A
- gescheiden RWA en DWA
- hemelwaterput 50l/m² vanaf 130m²= 10000l ook bij regenwater
- infiltratievoorziening
° vanaf 125m² min 33l/m²
° voorkeur bovengrens
° groter buffervolumes waar geen infiltratie mogelijk is
10
Q
ladder van lansink (6)
A
- afstroom vermijden
- hergebruik regenwater
- infiltratie
- bufferen en vertraagd afvoer
- lozen op RWA
- lozen op gemengd
11
Q
4 basisvoorwaarden
A
- vlot en vlot blijvende afvoer
- geen reukhinder
- geluidsarm
- bereikbaar voor onderhoud
12
Q
vlotte afvoer (10)
A
- zo kort mogelijk en rechtlijnig tracé
- zo vlug mogelijk buitengebouw
- geen korte bochten 90° niet wel 2x45°
- gepaste doorsnede
- gepast verval (1voor RWA, 3 voor DWA)
- correcte plaatsing
- waterdicht
- toezicht mogelijk
- vorstvrije plaatsing
- niet in aanvullingsgrond
13
Q
reukloos (4)
A
- leidingen gasdicht
- leidingsdiameter berekend
- grijze buis= HW
- roodbruin= grijs en zwart afvalwater
14
Q
aansluitleidingen
A
afvoer v. toestel
15
Q
verzamelleiding
A
horizontale