Hoofdstuk 4 Flashcards
Algemene wet gelijke behandeling
Wet die het verbiedt om onderscheid te maken op basis van leeftijd, gender, afkomst, religie en seksuele geaardheid
Arbeidsmotieven
Redenen om te willen werken
Cao
Collectieve arbeidsovereenkomst. Afspraken per bedrijfstak over de arbeidsvoorwaarden
Minimumloon
Het loon dat je vanaf 21 jaar minstens moet verdienen in een voltijdbaan
Bv
Besloten vennootschap. Onderneming met één of meer eigenaren die aandeelhouder zijn. De aandelen worden niet vrij verhandeld
Dividend
De winstuitkering van een bv of een nv aan de aandeelhouder
Eenmanszaak
Onderneming met één eigenaar
Flexibele baan
Je hebt alleen werk wanneer een bedrijf je nodig heeft
Nv
Naamloze vennootschap. Onderneming met meerdere eigenaren die aandeelhouder zijn. De aandelen worden verhandeld op de effectenbeurs
Stichting
Instelling die opgericht is om een maatschappelijk of ideëel doel te realiseren en die niet op winst gericht is
Vaste baan
Een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, dus zonder einddatum
Vof
Vennootschap onder firma. Een onderneming met meerdere eigenaren die samen de leiding hebben
Zelfstandige
Iemand die met een eigen bedrijf zijn inkomen verdiend
Zzp’er
Zelfstandige zonder personeel
Arbeidsmarkt
Het geheel van vraag naar arbeid en aanbod van arbeid
Aanbod van arbeid
Komt van de werkenden en werkzoekenden ( de beroepsbevolking)
Vraag naar arbeid
Komt van werkgevers
Arbeidsparticipatie
Arbeidsdeelname. Het percentage van de bevolking dat werkt of wil werken
Arbeidsverdeling
Personen of bedrijven doen werk waarin zij gespecialiseerd zijn
Krappe arbeidsmarkt
De vraag naar arbeid is groter dan het aanbod
Loon
De prijs voor arbeid
Productie sectoren
Indeling van productie en arbeid in primaire, secundaire, tertiaire en quartaire sector
Werkloosheid
Het aanbod van arbeid is groter dan de vraag
Geregistreerd werkloos
Je bent als werkloze ingeschreven bij het UWV
Verborgen werkloos
Als er geen werk voor je is en je niet bent ingeschreven bij het UWV
Werkgelegenheid
Alle banen die er zijn
Conjuncturele werkloosheid
Werkloosheid die ontstaat door schommelingen in de economie
Frictie werkloosheid
Kortdurende werkloosheid omdat er tijd nodig is om een nieuwe baan te vinden
Regionale werkloosheid
Werkloosheid die in bepaalde gebieden hoger is dan gemiddeld in het land
Seizoenswerkloosheid
Werkloosheid doordat werk alleen in een deel van het jaar gedaan kan worden
Structurele werkloosheid
Werkloosheid die ontstaat doordat er teveel mensen een baan willen doen waar te weinig mensen voor nodig zijn